De Rotterdamse haven verandert. Steeds meer werkzaamheden worden geautomatiseerd, door robots overgenomen. Wat betekent dat voor ‘Rotterdam werkstad’? Op reportage in Rotterdam en Delft.
Michel Kemp
‘Deze gaat zo weg,’ zegt Kemp als we naast een met containers volgeladen schip stilhouden. Een wagen met een container erop komt aangereden. Een kraan hijst de container eraf. Twee mannen pakken een soort ijzeren beugel en bevestigen deze onder de container. ‘Stackerdraaiers,’ verduidelijkt hij, ‘twistlocks heten die dingen, of stackers, daarmee worden de containers aan elkaar vastgezet. De tu Delft werkt aan een systeem met robots.’ Even verderop hangt een man achterover op de achterbank van een bestelwagentje, zo te zien wacht hij ergens op. ‘Roeiers,’ zegt Kemp, ‘die pakken de trossen aan, leggen de boot aan de kade vast. Vroeger kwamen ze met roeibootjes. Vandaar. In Delft wordt nu getest of het ook met enorme magneten kan.’
‘Ver weg op je kantoortje met een joystick heb je geen voeling met de kraan. Als iets misgaat, hangt er plotseling een halve boot aan je kraan.’
Michel Kemp in de auto
Rotterdam, omstreeks 1960
Onbemand robotwagentje in actie
‘Rotterdam zal zijn karakter als havenstad behouden. De containers worden hier opengemaakt, spullen erin, spullen eruit, dat gebeurt echt niet allemaal in Polen.'
Het grootste containerschip ter wereld, de MV Oscar van MSC in de haven van Rotterdam