In de documentaire Een man weet niet wat hij mist moet een vrijpartij de grens tussen homo- en heteroseksualiteit opzoeken.

Holland Doc: Een man weet niet wat hij mist
Nederland 2, 23.10 - 0.10 uur
 
Er huizen verschillende typen in het hokje ‘lesbisch’. Degenen die niet aan het stereotype – kort haar, bergschoenen, houthakkershemd – voldoen, zorgen voor verwarring. ‘Zonde,’ wordt er dan gefluisterd. Of: ‘Ze doet het voor de aandacht.’ En er is ook altijd wel een machoman die spontaan zijn bast betrommelt zodra hij zo’n afwijkend geval in het wild spot: ‘Je weet niet wat je mist, schat. Eén nacht met mij en je bent om.’ In de spierbundelfilm Riddick (2013), bijvoorbeeld, riep personage Dahl dat ze ‘het niet met mannen doet’. Punt. Maar tegen het einde van film vleit ze zich clichématig in de gespierde armen van überhetero Vin Diesel. ‘Lesbiennes die hun seksuele voorkeur inwisselen als een sterke man langskomt die een hete neukpartij belooft: met scenaristen die dat verzinnen en actrices die daartegen niet in opstand komen, heb je mannen als Poetin niet meer nodig,’ merkte filmrecensente Floortje Smits terecht op inde Volkskrant.
Mannelijke homo’s die niet aan het stereotype – glitters, roze boa, schaterlach – voldoen zorgen óók voor verwarring. Maar in de documentaire Een man weet niet wat hij mist is het niet de omgeving, maar zijn het de homoseksuelen zelf die moeilijk doen. Filmmakers Tim (26) en Nicolaas (29) zijn homo. Punt. Maar plots is er reden voor (hip) getwijfel. Nicolaas heeft immers ‘wel eens een erectie gekregen van Shakira toen ze op tv aan het dansen was’. Ze vragen zich af of de maatschappij dwingt tot een keuze voor een etiket. Gaan de makers daarmee niet erg snel voorbij aan het reeds bestaande etiket – biseksualiteit – voor degenen die niet willen of kunnen kiezen?
‘In de dierenwereld is seksualiteit veel vloeiender dan we bij mensen zien,’ zegt wetenschapsjournaliste Asha ten Broeke in de documentaire. Terwijl de camera inzoomt op een stel rampetampende mensapen: ‘Bonobo’s zijn vrijwel zonder uitzondering biseksueel. Seks is voor hen dan ook een “sociaal smeermiddel”.’ Later: ‘Maar mensen zijn geen apen: we zijn denkers, we hebben culturele regels. Het is heel netjes om te denken: je hebt homo’s en je hebt hetero’s. Maar zodra die grenzen vervagen, moet je over je eigen identiteit nadenken.’ Nicolaas: ‘Het is een taboe.’

Tim besluit zijn grenzen te verkennen door seks te hebben met een vrouw. Op verzoek van de makers verklappen we niet of dit gebeurt en hoe dit afloopt. Hoe het ook zij: onduidelijk is wat de filmmakers ons nu eigenlijk met dit ‘ervaringsexperiment’ willen zeggen. Dat seks meer is dan op wie je valt? Maar is op wie je valt niet veel meer dan seks? Óf is de les dat we in staat moeten zijn om heteroseksueel plezier te beleven buiten het homohokje? Ben je je dan niet eigenlijk aan het plooien naar de heteronorm? Waarom zien we bijvoorbeeld niet ook een (heteroseksuele) man of vrouw die een nacht doorbrengt met iemand van hetzelfde geslacht? Zou dat niet pas écht taboedoorbrekend zijn? In het staartje van de documentaire lijkt het overigens of de makers zelf ook wat bezwaren hadden.

De filmmakers – eveneens regisseurs van een moedige documentaire over homohaat in Oekraïne – willen een zoektocht op een continuüm in beeld te brengen. Een zoektocht die een brede inbedding verdient. Maar met het al dan niet hebben van (hetero)seks als eindbestemming, slaan de makers mogelijk de plank mis. Vastgeroeste hokjes benauwen, maar sommige zijn (nog) zo fragiel. Het zijn beschuttende hokjes – waarbinnen al best veel variatie en ruimte bestaat. Hokjes die niet platgeneukt, maar geliefkoosd willen worden.