De afgelopen week liep mijn Facebook vol met verhalen over de Amerikaanse professor Rachel Dolezal. Zij doet zich middels een bruine spraytan en een uitermate goeie kapper voor als zwarte vrouw. In werkelijkheid is ze wit, zo blijkt uit een interview met haar ouders. Gefascineerd staar ik naar foto’s van Dolezal, vooral naar haar haar. Hoe heeft ze in hemelsnaam die natuurlijk ogende mix van krul en kroes- zo typisch voor mixed race haar- verkregen?
Dolezal zou ‘transracial’ zijn, zeggen commentatoren; geboren in het verkeerde lichaam qua ras, net als transgenders geboren zijn met de verkeerde sekse. Anderen verwerpen dit, en beargumenteren dat ras en gender wat dat betreft onvergelijkbaar zijn. Veel mensen zijn woedend op Dolezal. Ze heeft de boel bedrogen en maakt een karikatuur van het antiracismewerk waar ze zich juist voor zegt in te zetten.
Alhoewel ik de woede begrijp- Dozelal heeft glashard gelogen over haar afkomst- voel ik vooral medelijden. Na deze wereldwijde mediastorm rond haar persoon zal ze nooit meer serieus worden genomen. Bovendien: waarom hebben Rachel’s ouders haar leugens naar buiten gebracht? Welke ouders willen hun eigen kind ten overstaan van de hele wereld zo ten val brengen? In deze familiegeschiedenis zit iets goed mis. Rachel Dozelal heeft overduidelijk een psychisch probleem en nu is het alsof we met zijn allen keihard een gekkie uitlachen.
Sunny Bergman analyseert de kwestie Rachel Dolezal. Volgens Bergman heeft Dolezal de slogan ‘het persoonlijke is politiek’ iets te letterlijk genomen.
cultural appropriation
Urenlang lees ik analyses over haar. En eerlijk is eerlijk: mijn fascinatie komt waarschijnlijk voort uit een bepaalde herkenning. Ik ben zelf ook een witte vrouw die van jongs af aan geïnteresseerd is in zwarte cultuur én ik ben actief in de antiracismebeweging. Maar het bespottelijke idee om mijzelf tot zwarte vrouw te transformeren is (gelukkig) nog nooit in mij opgekomen. Ik weet dat er een fine line is tussen cultural appropriation (kort gezegd het stelen van niet-witte cultuur zonder vorm van respect en enkel voor eigen belang) en just being down (gevoelig zijn voor de culturele codes zijn van een bepaalde subcultuur).
exotische diersoort
Gisterenavond bekeek ik een oud interview met Dozelal van voor haar ontmaskering, waarin ze vertelt over de kleine én grote ergernissen waar zij als ‘donker persoon’ mee te maken heeft. Bijvoorbeeld wanneer witte mensen spontaan haar afro willen aanraken. Dit ongevraagd kroeshaar bevoelen is een welbekend probleem. ‘Oh, dat gebeurt zo vaak Sunny,’ verzuchtte een donkere vriendin onlangs. ‘Plotseling zit een wildvreemd persoon met zijn handen in mijn haar. Alsof ik een exotische diersoort ben.’
Omdat Dozelal een nep-afro heeft, krijgt ze ‘toegang’ tot dit probleem. Ik moet denken aan de sociale kwesties waar ik me voor in zet, waarbij een persoonlijk verhaal overtuigend kan werken. Wil ze daarom de onderdrukking waar ze tegen strijdt zélf ervaren? Is ze werkelijk jaloers op het leed dat racisme veroorzaakt omdat ze er dan pas echt ‘bij hoort’ ?
Rachel Dozelal lijdt aan een verregaande vorm van identificatie met als kers op de roomtaart van rassenbedrog het eigenhandig fabriceren van racistische bedreigingen. Ze heeft het aloude slogan ‘het persoonlijke is politiek’ te letterlijk genomen. Een extreme vorm van racismeleed exploitatie.