1.
Je kunt tijdens een partijtje schaak de koning op zijn kant leggen, dan heb je het opgegeven. Artsen kunnen patiënten opgeven, leraren leerlingen, iedereen kan de hoop opgeven, hoewel dat laatste veel moeilijker is dan het lijkt. De hoop is, zoals bekend, hardnekkig.
2.
De Amerikaanse theoloog Reinhold Niebuhr schreef de bekende woorden: ‘God, grant me the serenity to accept the things I cannot change.’ (‘God, schenk me de kalmte om de dingen te accepteren die ik niet kan veranderen.’ Over de vertaling van het woord ‘serenity’ is discussie mogelijk.) Niebuhr voegde er overigens aan toe dat de mens ook de moed moet worden verleend om de dingen te veranderen die veranderd moeten worden.
Accepteren kan als een bepaalde vorm van opgeven worden beschouwd. Ik accepteer mijn nederlaag, ik geef de strijd op.
Men geeft bepaalde gevechten op om andere gevechten beter te kunnen voeren. Zie Niebuhr. Het niet geheel wanhopige opgeven is dikwijls strategisch van aard.
3.
Degene die ongelukkig verliefd is, kan de pogingen het liefdesobject voor zich te winnen opgeven. Wie dat niet doet, zou van stalken of ongewenste intimiteit kunnen worden beschuldigd.
Dat liefdesverdriet slijt, is een andere manier om te zeggen dat men het opgeeft.
4.
Geen vernieuwing zonder opgeven. Achter het woord ‘opgeven’ gaat de oneindige cyclus van leven en dood schuil.
Soms geeft de jager het op, soms de prooi. Niet al het opgeven hoeft tot de dood te leiden.
5.
Ziekte, liefde, sport en spel, zij bestaan bij gratie van opgeven. Bij genezing heeft het virus, de ziekte het opgegeven.
6.
Alle opvoeding eindigt als het goed is met een ouder of opvoeder die het opgeeft.
Ook kun je zeggen: ‘Klaarkomen lukt vandaag niet, ik geef het op.’
7.
Onoverwinnelijkheid is de kortstondige illusie dat men nooit zal opgeven.