Zaterdag 27 juli jl. schreef Youp van ’t Hek in NRC Handelsblad: ‘Grunberg wenste mij in de VPRO Gids ooit dood.’ Dat is een leugentje. Ik heb ooit geschreven dat de heer Van ’t Hek een volkskomiek is, maar dat is niet hetzelfde als iemand de dood toewensen.
Ik hecht eraan vast te stellen dat ik schriftelijk nooit iemand de dood heb toegewenst. Ergens aan het einde van de jaren negentig heb ik Theo van Gogh op deze plek aangeraden zelfmoord te plegen, maar deze ironische wenk kan niet worden vergeleken met iemand de dood toewensen. Van Gogh schreef een ingezonden brief met de vraag of ik nog wilde leven na het zien van Het 14e kippetje, een film waarvoor ik het scenario heb geschreven.
Waarom zou de heer Van ’t Hek denken dat ik hem de dood toewens? Ik heb mijn twijfels geuit over enkele van zijn vaardigheden, maar ook dat is niet hetzelfde als iemand de dood toewensen.
Ik kan het slordige geheugen van de volkskomiek alleen maar verklaren vanuit zijn stille behoefte om door mij te worden gewaardeerd. Er zijn vrees ik nog veel meer cabaretiers die door mij gewaardeerd willen worden, en dat terwijl mijn liefde voor het cabaret zo rond mijn twintigste is bekoeld. (Een uitzondering wil ik maken voor het door Don Quishocking gezongen lied ‘De kerkhofgangers’, tekst Hans Dorrestijn.) Ik vermoed dat de heer Van ’t Hek in mij een vaderfiguur ziet naar wiens bevestiging hij intens verlangt, en omdat ik hem die bevestiging tot nu toe heb onthouden, meent hij dat ik hem bedreig in zijn existentie. Alleen al vanuit therapeutisch perspectief moet dit misverstand worden rechtgezet. Daarom: goed zo, Youp van ’t Hek, ga zo door.
En omdat de heren Teeuwen en Maassen anders jaloers worden: uitstekend, jongens, jullie zijn mij net zo lief als Youp. Jullie hebben heerlijke billetjes.
Uiteraard mag ik ook Micha Wertheim, de intelligentste cabaretier van Nederland, niet negeren: papa is trots op je.
Zijn er andere kleinkunstenaars die een vaderfiguur in mij zien en die ook door mij willen worden aangemoedigd?
Schrijf een briefje aan de vpro, dan maak ik dat spoedig in orde.
Zaterdag 27 juli jl. schreef Youp van ’t Hek in NRC Handelsblad: ‘Grunberg wenste mij in de VPRO Gids ooit dood.’ Dat is een leugentje. Ik heb ooit geschreven dat de heer Van ’t Hek een volkskomiek is, maar dat is niet hetzelfde als iemand de dood toewensen. Ik hecht eraan vast te stellen dat ik schriftelijk nooit iemand de dood heb toegewenst.