Voor de derde maal in haar vijftigjarig bestaan wordt De Fabeltjeskrant uit de mottenballen gehaald. Vanaf 19 december zal Meneer de Uil, geheel in digitale veren gestoken, vanaf zijn vertrouwde tak de krant openslaan in bioscoopfilm De Fabeltjeskrant & de Grote Dierenbos-spelen en in 2019 volgt een nieuwe dagelijkse serie. Intussen is er al een Fabeltjeskrant-koffietafelboek uitgebracht en eind september opent burgemeester Aboutaleb de tentoonstelling Fabeltjesland, een reis door 50 jaar Fabeltjeskrant.
Het succes van de revival lijkt gegarandeerd. Sinds 1968 zijn weinig generaties níet opgegroeid met De Fabeltjeskrant. De immens populaire en regelmatig herhaalde serie werd in 2005 zelfs tot beste kinderprogramma aller tijden verkozen.
Weinig mensen weten dat de fabels en personages, zoals Juffrouw Ooievaar en Bor de Wolf, uit de koker van scenarioschrijver Leen Valkenier (1924-1996) komen. Wanneer de publieke omroep in 1968 op zoek gaat naar een vervanger van Barend de Beer en Pipo de Clown werkt de 44-jarige Valkenier bij reclamebureau Smits in Amsterdam. Valkenier is een magere man met een roestbruine snor. Altijd onberispelijk in pak, maar met een zachte, vaak als verlegen omschreven natuur. Volgens een journalist fronst hij zijn wenkbrauwen ‘als een in het nauw gedreven ruwharige fox’.
Valkenier kan ook opvliegend zijn, met stoelen gooien als iets hem niet zint.