Het lijkt de laatste tijd wat te verbeteren, maar nog steeds is het televisielandschap geen afspiegeling van de Nederlandse maatschappij. Wit en man heeft nog altijd de overhand, zeker als het gaat om deskundigen in de nieuwsmedia en in praatprogramma’s. Trouw deed eind vorig jaar een turfactie waaruit bleek dat tussen de 33 en 38 procent van de talkshowgasten vrouw was en negen procent van kleur.
Er blijft dus nog werk aan de winkel voor Mediaplatform Vaker in de Media (VIDM) dat dit jaar tien jaar bestaat. Oprichter Janneke van Heugten (41) blijft onvermoeibaar uitleggen waarom diversiteit in de media essentieel is. ‘Het is belangrijk dat iedereen zichzelf terugziet. Als je geen voorbeelden ziet van mensen die op je lijken, ben je ook minder geneigd om zelf een bepaalde kant op te gaan. De media scheppen een werkelijkheid waarin maar twaalf procent van de experts vrouw is. En als er iemand van kleur aan het woord komt, gaat dat meestal over etnische vraagstukken.’
VIDM begon als een zijproject naast haar goedlopende pr-bureau, vertelt Van Heugten in een café in haar woonplaats Nijkerk. ‘Ik besloot om een platform op te richten dat vrouwelijke professionals koppelt aan journalisten. Een vraag van de pers wordt gestuurd naar allerlei vrouwelijke deskundigen en wie zich aangesproken voelt kan reageren.’ Het werkte in eerste instantie echter niet zoals ze had gehoopt. ‘De vrouwelijke experts in mijn bestand werden toch weer benaderd met vragen over werk-privébalans en niet over hun expertise. Ook merkte ik dat niet alleen vrouwen, maar ook veel mensen met een biculturele achtergrond in de media over het hoofd gezien en gestereotypeerd worden. Toen besloot ik het echt goed te doen: ik stopte met mijn bedrijf, ging kleiner wonen om kosten te besparen en richtte me helemaal op VIDM. De naam veranderde van Vrouwen in de Media naar Vaker in de Media. Nog steeds is 95 procent van mijn databank gevuld met vrouwelijke experts, maar in principe mag iedereen zich aanmelden om beter vindbaar te zijn voor redacties. Ik kan natuurlijk niemand uitsluiten.’