Wetenschappers kunnen kleitabletten van de Babyloniërs ontcijferen, ze kunnen perkamenten geschriften van de oude Egyptenaren lezen, manuscripten uit de Middeleeuwen of het eerste wetenschappelijke tijdschrift uit 1665. Allemaal eeuwenoud fysiek materiaal dat direct met onze ogen leesbaar is zonder dat software de gegevens eerst tevoorschijn moet toveren. In de eerste twee decennia van de 21ste eeuw produceert de mensheid meer informatie dan in alle voorgaande eeuwen bij elkaar, maar wat zullen onze achterkleinkinderen in de 22ste eeuw van ons huidige digitale tijdperk nog kunnen lezen en bekijken? Kunnen ze onze digitale foto’s, filmpjes en teksten over honderd jaar nog bekijken? Wat blijft er over van de e-mailcorrespondentie tussen regeringsleiders en de archieven van overheden en burgers?
De 21ste eeuw wordt een ‘digital dark age’, vreest een van de vaders van het internet, informaticus Vint Cerf. Wie kan onze digitale foto’s, filmpjes en teksten over honderd jaar nog bekijken?
Als we niets doen, luidt het antwoord: weinig. Dat is de stellige overtuiging van een van de vaders van het internet, de Amerikaanse informaticus Vint Cerf. ‘Ik ben in toenemende mate bezorgd over een digital dark age,’ vertelde Cerf tijdens het Heidelberg Laureate Forum van afgelopen augustus. Cerf (1943) stond samen met zijn collega Bob Kahn in 1973 aan de wieg van de technologie die computers met elkaar laat communiceren (het TCP/IP-protocol) en daarmee aan de wieg van het internet. In 2004 ontving hij voor zijn werk de Turing Award, het informatica-equivalent van de Nobelprijs. Sinds 2005 is Cerf in dienst van Google, momenteel als CEO van Google Special Services en als ‘chief internet evangelist’.
Quartz
Het gevaar van een digital dark age hoeft dus niet te liggen in de dataopslag. Het probleem zit in de software die we nodig hebben om de bestanden te kunnen bekijken. ‘Sommige e-mails die belangrijk zijn voor de geschiedenis van het internet kan ik niet meer lezen omdat de software die we toen gebruikten niet meer bestaat,’ zegt Cerf. Jammer voor historici. En wat nu al geldt voor zijn oude e-mails uit de jaren zeventig geldt, als we niets doen, straks voor onze foto’s, filmpjes en teksten.
Röntgenscan
Zelfs wanneer we al onze bestanden op extreem duurzame quartzschijfjes zouden opslaan, zitten we met het probleem van de vergankelijkheid van software. Naar dit probleem gaat nog maar weinig aandacht uit, zegt Cerf. Een positieve uitzondering is het project Olive, in ontwikkeling aan Carnegie Mellon University in de VS.
Hoewel het project nog in de kinderschoenen staat, hebben de ontwikkelaars voor een vroege versie van tekstverwerker WordPerfect en voor de computerspellen Mystery House uit 1982 en Doom uit 1993 laten zien dat hun virtuele machine oude bestanden weer reanimeert.
Fotopapier
Internetevangelist Cerf besluit dan ook met een pleidooi voor analoge archivering – het is alsof een gelovige zegt dat atheïsme op de lange termijn toch een verstandiger optie is: ‘Als je wilt dat je kleinkinderen je digitale foto’s van nu straks nog kunnen bekijken, dan zou ik ze toch echt laten afdrukken op goed fotopapier. Dat gaat zeker honderd jaar mee, terwijl we niet weten of dat ook voor onze digitale informatie geldt.’