Het klinkt als een lekkere feelgood-film, een groep jonge Afrikanen met handschoenen aan, toverend met de bal op het winters Hollandse voetbalveld. Samen sportief en maatschappelijk succes tegemoet onder leiding van de sympathieke wijkagent en de trainer met het grote hart. Maar zo’n film is Eritrea Stars niet, want de werkelijkheid is helaas weerbarstiger. Ondanks hun kwaliteiten kunnen ze niet als team in een hoge klasse van de knvb-competitie beginnen. En de voetballers zijn nou ook weer niet zo goed dat de clubs in de eredivisie om de spelers staan te springen. Ze spelen alleen oefenwedstrijden. In plaats van het eigen huis waar ze op gerekend hadden, moeten ze samen een paar flatjes delen, waar ze zich vervelen. En natuurlijk worstelen ze met gebeurtenissen uit het verleden, maar daarover willen ze niets zeggen. ‘Het grote probleem was dat ze het onmogelijk vonden om over hun vluchtverhaal en de politieke context te praten,’ zegt Appel. Hij mocht alleen komen filmen op voorwaarde dat hij niet over politiek zou praten met de spelers.
Om duiding aan te brengen over hun achtergrond gebruikt Appel daarom de expertise van journalist Habtom Yohannes. Hij ontvluchtte zijn thuisland Eritrea als tiener, maar blijft de situatie volgen. Eritrea wordt beschouwd als het ‘Noord-Korea van Afrika’. Een zeer repressieve militaire dictatuur, waarbij mensenrechten op grote schaal geschonden worden. Appel: ‘De lange arm van het regime werkt door op de mensen die het land verlaten hebben. Hun familie die achterblijft in Eritrea loopt gevaar, en je kunt nooit zeggen wat voor type gevaar. Iedereen houdt elkaar in de gaten en je weet niet wie je kan vertrouwen.’
Appel vroeg dus niet verder, maar brengt in beeld met welke worstelingen de voetballers en hun begeleiders te maken hebben. ‘Voor mij gaat de film over zestien jongens, allemaal jong en talentvol,’ zegt hij. ‘Maar dan zie je hoe ingewikkeld het is om mensen met een andere cultuur, een traumatische achtergrond en allerlei verwachtingen te helpen. De trainer en de wijkagent steken al hun tijd en een hoop geld in het team. Maar ook zij begrijpen ze niet altijd. En als de voetballers tot de conclusie komen dat Nederland toch niet het beloofde land is wat betreft hun voetbalambities, blijken ze niet meer te zijn dan gewone vluchtelingen.'