Jan Donkers zou het graag anders zien, maar zijn liefde voor Amerika is bekoeld. In De tweede Amerikaanse eeuw brengt hij bepaalde aspecten van de Amerikaanse samenleving in kaart. En die willen hem en de lezer wel eens treurig stemmen. Zo verdiept hij zich in de beruchte Amerikaanse vetzucht, de voorliefde voor benzineslurpende monsterauto’s, de slaafse pers, het rechtssysteem, en spreekt hij uitvoerig met schrijvers als Gore Vidal en Larry McMurtry. Op de achtergrond waart steeds George W. Bush rond, die de verkiezingen dreigt te winnen en daarmee het oude, door Donkers ooit zo geliefde Amerika op het spel zet. Donkers’ soepele stijl, oprechte verontwaardiging en diepgaande kennis maken dat dit zoveelste Amerika-boek uitstijgt boven het gemiddelde.
In De enige gast van Dylan van Eijkeren maakt de auteur de ondertitel ‘een ontdekkingsreis door Duitsland’ volledig waar door onbevangen en zonder vooropgezet plan het land ’s winters gedurende drie maanden per BMW te doorkruisen en daarbij de bekende toeristische regio’s en attracties te mijden. Dit solotoerisme-buiten-het-seizoen, waarbij bovendien het Duitse oorlogsverleden zo veel mogelijk buiten het blikveld wordt gehouden, staat garant voor oorspronkelijke indrukken en ongewone ontmoetingen. Duitsland is groot, en de Duitsers laten zich niet over één kam scheren. Aanzienlijk zijn de verschillen tussen oost en west, noord en zuid, passief en ondernemend, arm en rijk. Van Eijkeren, die bekent dat hij amper Duits spreekt wanneer hij zijn reis begint, schreef een jongensboek vol bravour, bier en BMW’s.
In Europa van Geert Mak. In dit ongewoon lijvige boekwerk – 1200 bladzijden – wordt de Europese geschiedenis van de afgelopen eeuw uitvoerig naverteld, aangevuld met interviews, ooggetuigenverslagen en impressies van de auteur op locatie; Geert Mak reisde daartoe een jaar lang vele duizenden kilometers door Europa en deed de plekken en steden aan waar de geschiedenis van de 20ste eeuw, vol dood en verderf, werd geschreven. Dat deze ambitieuze, in Nederland niet eerder gewaagde onderneming dankzij het verhalend vermogen van de auteur zo’n groot publiek weet te boeien mag zeer verdienstelijk heten. Mak toont ons het brilletje van Isaac Babel in Odessa, gaat op bezoek bij loodgieterszoon Hans uit Zaandam die via een pakje puddingpoeder in Praag verzeild raakte en vertelt hoe Ceausescu’s vader zijn drie zoons allemaal Nicolae noemde omdat hij steeds te dronken was om een andere naam te verzinnen.
El Negro en ik van Frank Westerman. De auteur werd als student in een Spaans museum geconfronteerd met een opgezette neger – het begin van een levenslange fascinatie. Westerman tracht de identiteit van El Negro te achterhalen en onderzoekt de omstandigheden waaronder dit menselijk preparaat vanaf 1831 tot 1997 door Frankrijk en Spanje zwierf en uiteindelijk een laatste rustplaats vond. Parallel daaraan beschrijft de auteur zijn eigen Werdegang, van aankomend ontwikkelingswerker vol idealen tot journalist die afstand weet te bewaren. Zo wordt ook de ontwikkeling geschetst die het Westen heeft doorgemaakt in het denken over andere culturen, over racisme, slavernij en kolonialisme. En al die tijd blijft de lezer geboeid door het lot van die kleine Bosjesman die nu voorgoed de geschiedenis ingaat als El Negro.
De winnaar van de VPRO Gids Bob den Uylprijs 2005 is Renée Postma met Midden-Europa achter de schermen.
Negen jaar lang reisde Postma als correspondent voor NRC Handelsblad door landen als Polen, Hongarije, Roemenië, Tsjechië, Slowakije en Bulgarije. In ‘Midden-Europa achter de schermen’ stelt zij zich de niet geringe taak de interesse van de lezer te wekken voor een regio die we tot voor kort nog ‘Oost-Europa’ of zelfs ‘het Oostblok’ beliefden te noemen.
Maar zodra we met Postma een uurtje in herberg De Blinde Muis hebben doorgebracht, ergens in een uithoek van Hongarije, heeft ze onze belangstelling voor het ‘Nieuwe Europa’ gewonnen. De lezer maakt kennis met diep-religieuze Polen, straatarme Roemenen, en hardwerkende Tsjechen. Met veel compassie wordt de uitzichtloze toestand geschetst waarin de Roma zich bevinden. Ook wordt duidelijk dat antisemitisme in Midden-Europa allerminst tot het verleden behoort. Postma weet deze kwesties inzichtelijk en invoelbaar te maken dankzij ontmoetingen met gewone en minder gewone Europeanen. We zullen Angela en Bandi niet licht vergeten.
In een afwisseling van persoonlijke observaties en degelijke achtergrondinformatie vestigt ‘Midden-Europa achter de schermen’ de aandacht op een voor velen non-descripte regio die de komende jaren alleen maar aan kleur en betekenis kan winnen.
De jury bestond dit jaar uit Hans Bouman, redacteur van het ANWB-tijdschrift Reizen en literair recensent van de Volkskrant, en de VPRO Gids-redacteuren Katja de Bruin, Maarten van Bracht en Kees Sluys.)