Dit zegt Klaas Rozemond, universitair hoofddocent strafrecht aan de Vrije Universiteit en rechter-plaatsvervanger bij de internationale rechtshulpkamer van de rechtbank Amsterdam. Volgens Rozemond leidt de Nederlandse interpretatie van het VN-Verdrag tegen foltering ertoe dat Nederlandse staatsburgers vogelvrij zijn voor vervolging in andere landen – ook landen die een loopje nemen met de rechtsstaat.
‘Als je de redenering van de Commissie Dossier J.A. Poch volgt’, aldus Rozemond, ‘dan zijn wij op grond van dat soort verdragen verplicht om informatie te verstrekken over reisbewegingen van Nederlandse verdachten aan een enorme lijst andere staten. Maar de zaak van Julio Poch heeft nou juist geleerd dat veel van die staten niet te vertrouwen zijn.’