D66-Tweede Kamerlid Sjoerdsma reageert geprikkeld op deze zoveelste episode in de Poch-affaire. ‘Het is zeer bevreemdend dat minister Grapperhaus een onafhankelijk onderzoek aankondigt naar de misstanden rondom de uitlevering van Poch, dat de minister dat onderzoek vervolgens aanvoert om antwoorden op talloze Kamervragen te weigeren, maar dat dat onderzoek zelf vervolgens pas tien maanden later echt van start gaat. Dat onderzoek was bedoeld om de waarheid boven tafel te krijgen, niet om tijd te kopen in een lastig dossier.’
Grapperhaus schreef begin 2019, na de uitzending van Argos, dat hij waarheidsvinding belangrijk vond, ‘juist in een zaak als de onderhavige’. De minister achtte de waarheidsvinding zelfs zo belangrijk dat ‘een uiterste inspanning’ moest worden geleverd in de vorm van een ‘aanvullend onderzoek’ naar het dossier-Poch.
Nu blijkt dat die ‘uiterste inspanning’ in werkelijkheid weinig om het lijf had: Grapperhaus stelde Machielse tussen maart en september slechts voor één dag per week aan - zonder hulp van een secretaris, laat staan van een tweede commissielid.
Politie en openbaar ministerie willen niet zeggen of de commissie al bij de politie heeft aangeklopt voor documenten. De secretaris van de commissie zegt dat Machielse vorig jaar ‘een oriënterende verkenning van het dossier’ heeft uitgevoerd, zonder dit verder te willen toelichten.
Volgens Geert-Jan Knoops, advocaat van Julio Poch, verhoudt de gang van zaken zich niet tot de toezegging van Grapperhaus om een uiterste inspanning te verrichten om de waarheid te achterhalen. ‘Waarom was het nodig om zo lang, van maart tot september, dossieronderzoek te doen? Bij mijn weten is dat dossier zeer beperkt. Tenzij er nog ergens verhuisdozen vol documenten staan waarvan wij het bestaan niet weten.’
De commissie bestaat naast voorzitter Machielse inmiddels ook uit prof. mr. Egbert Myjer, oud-rechter bij het Europees Hof voor de Recht van de Mens. De twee worden bijgestaan door een secretaris en een forensisch deskundige gespecialiseerd in onderzoek naar informatiediefstal, belangenverstrengeling en corruptie bij overheidsinstellingen.