'Ik heb heel lang college gegeven aan mijn eerstejaarsstudenten en dan moesten ze Plato lezen. Plato heeft als belangrijkste standpunt: de wetenschappers, de besten, moeten de baas zijn, de hoogst opgeleiden moeten het land regeren. En ik zei altijd tegen mijn studenten: in Nederland zit dat anders. In Nederland doen we dat niet zo, daar zijn we een echte democratie.'
'Maar op een gegeven moment kwam ik erachter: dat klopt helemaal niet. Wij lijken eigenlijk veel meer op die samenleving die Plato schetste dan we ons realiseren. Want in feite is het bij ons zo dat de academici allemaal de dienst uitmaken.'
De Tweede Kamer is volgens Bovens bij uitstek een plek waar dit schrijnend duidelijk wordt: 'In de negentiende eeuw waren we een aristocratie, toen waren vrijwel alle Kamerleden van adel of van het patriciaat. Nu zijn we een politieke meritocratie. En nu hebben vrijwel alle Kamerleden een academische bul.'
'En eigenlijk eerlijk gezegd, is dat net zo onrechtvaardig als de aristocratie. Toen bepaalde je afkomst waar je stond in de maatschappij. Nu bepaalt je aanleg waar je terechtkomt. Maar ja, of je nou toevallig geboren bent met een goed verstand: dat is niet per se rechtvaardiger.'
Bovendien wordt een goede opleiding steeds vaker gekocht, zegt Bovens. 'Kinderen uit hoogopgeleide milieus krijgen veel meer van huis mee. Zij krijgen hulp en steun met huiswerk, en er is tegenwoordig een enorme industrie ontstaan van bijles, cito-training en examentraining. Kijk naar het Luzac: ouders met geld betalen om hun kinderen naar een niveau hoger te sturen.'