Wie gaat straks de crisis betalen? Nederland stemde in met een Europees noodpakket: een herstelfonds van 750 miljard euro. Een belangrijk besluit dat straks de toekomst van de euro gaat bepalen.
Het coronaherstelfonds, genaamd Next Generation EU, is volgens de Europese Commissie broodnodig. Alle lidstaten, met name noodlijdend Spanje en Italië, kunnen een beroep doen op het miljardenpakket. Na veel gesteggel (Hoekstra en Rutte wilden er niks van weten) ging het Nederlandse parlement akkoord met het herstelfonds.
Belangrijk: de Europese Commissie kan nu zelf de kapitaalmarkt op om geld te lenen voor de coronageldpot.
Dat betekent concreet dat er voor het eerst in de Europese geschiedenis een gezamenlijke schuld wordt gemaakt. Normaal gesproken verstrekt de EU alleen subsidies met geld dat het daadwerkelijk in kas heeft. Maar deze enorme geldpot, zo’n 750 miljard euro dus, heeft de EU niet kant en klaar in het laatje liggen. Dus moet er geleend worden.
De gezamenlijke schuld heeft straks invloed op onze nationale politiek. Er ontstaat een Europese bankrekening waar elk land van kan profiteren, maar ook verantwoording voor moet afleggen. De Commissie bepaalt hoe het Europese geld wordt besteed.
Als Nederland geld wilt ontvangen moet het volgens Brussel aan de slag met de hypotheekrenteaftrek, de doorgeschoten flexibilisering van de arbeidsmarkt of belastingontduiking. Nederland heeft nog maar één maand om een plan in te leveren in Brussel en loopt daarmee achter op de rest van Europa.
De reden dat Nederland instemde met het herstelfonds was de belofte dat het fonds tijdelijk zou zijn. Maar die 750 miljard is misschien niet genoeg. Economen voorspellen dat het een permanente geldpot wordt, omdat de Europese markt niet meer zonder extra financiële steun kan: de verschillen tussen Noord- en Zuid-Europa zijn te groot.