En dat is zorgelijk. Natuur is voor ons mensen namelijk onmisbaar. Niet alleen verbetert groen het straatbeeld, het biedt ook uitkomst voor een heleboel struikelblokken in onze samenleving.
Zo vangt groen water op en vermindert het wateroverlast, zorgt het voor een betere hitteafvoer in de zomer, bevordert het de sociale cohesie, is het goed voor onze mentale en fysieke gezondheid, is het beter voor de ontwikkeling van kinderen en bevordert het de biodiversiteit. We kunnen er niet omheen: groen is voor de mens essentieel.
Zeker in de post-coronawereld is het cruciaal dat we nadenken over hoe we de ruimte om ons heen vormgeven. Maar hoe realiseer je dat, een groen land?
Over dat vraagstuk ontfermt Staatsbosbeheer zich, onder leiding van Harry Boeschoten. Boeschoten is coördinator van het Groene Metropoolplan: een visie waarmee Staatsbosbeheer samenwerking zoekt tussen allerlei instanties - klein en groot - die samen aan het Nederland van de toekomst bouwen.
Tegenlicht zoomde met Harry Boeschoten en vroeg hem: hoe ziet zijn gedroomde groene toekomst eruit?