OVT
Wekelijks geschiedenisprogramma met discussies, reportages en ooggetuigenverslagen.
Deze uitzending duurt slechts één uur, vanwege een zendtijdruil met de NOS in verband met de door de gezamenlijke omroepen verzorgde directe uitzending van een verslag van de plechtige herdenking van de slachtoffers van de ramp in de Amsterdamse Bijlmermeer.
In deze aflevering achtereenvolgens de volgende onderdelen:
10.04 Naar aanleiding van de ramp in de Bijlmermeer spreekt Arie Kleijwegt een beschouwing uit over de rol van het Toeval in de loop der geschiedenis.
10.07 Fernhout opent met de mededeling dat een voorlichtingscampagne over "Maastricht" is gestart: rijkelijk laat wordt Maastricht voor leken verklaard.
In zijn essay gaat Fernhout in op het feit dat de Europese samenwerking op het gebied van vreemdelingen-, vluchtelingen- en strafrecht met opzet buiten Brussel wordt gehouden: de regeringen van de desbetreffende Europese landen zullen dit onderling gaan regelen; een uitgesproken prioriteit bij deze samenwerking ligt bij het tegengaan van de gezinshereniging. Het Nederlandse parlement en de Europese organen staan dan op genoemde terreinen buiten spel. Ook de Europese rechter in Luxemburg kan geen uitspraken doen over immigratie-, vreemdelingen- en strafrecht. Dit nu betekent een teloorgang van democratische controles en rechtsgaranties. Wat dat betreft hadden de onderhandelingen in Maastricht beter kunnen mislukken. De Kamer moet dan ook eisen dat de Europese rechter bevoegd wordt; van goedkeuring zonder meer kan en mag geen sprake zijn. Wie voor Europa is, is tegen Maastricht, aldus besluit Roel Fernhout.
10.14 De discussie gaat over het vreemdelingen-/vluchtelingenbeleid in Nederland, meer in het bijzonder over de vraag of Nederland echt altijd zo gastvrij is geweest.
Hans Olink praat hierover met vaste gast Arie Kleijwegt en met Roel Fernhout, hoogleraar Europese migratierecht aan de Kath. Univ. van Nijmegen en Vera Illes, publiciste en redacteur van het weekblad Elsevier. Illes kwam in '56 met de stroom Hongaarse vluchtelingen naar ons land.
Na een kort historisch overzicht vraagt Olink aan Vera Illes of zij zich nog altijd "kind van een andere tijd" voelt, dit naar analogie van het door haar geschreven boek met dezelfde titel. Illes antwoordt hierop dat je altijd wel vluchteling blijft.
Arie reisde in '56 met de eerste Hongaarse vluchtelingen mee. In zijn herinnering is hij uren achtereen bezig met het in stukken snijden van Hongaarse salami. In Nederland, zegt Arie, was te dien tijd sprake van een soort van anticommunistische manifestatie; de Hongaarse vluchtelingen als het ware werden als helden ontvangen.
Fernhout over de stroom asielzoekers naar Nederland:
Deze is zeer gering vergeleken met die naar andere landen. Vaak wijst men er dan op dat Nederland toch genoeg gedaan heeft bijv. te tijde van de postkoloniale migratie. Een niet overtuigend argument noemt hij dat, en hij wijst erop dat Duitsland veel grotere stromen vluchtelingen, te weten de Volksduitsers te verwerken heeft gehad.
Aan de ene kant voert Nederland een uiterst restrictief beleid, aan de andere kant is het aantal uitzettingen gering; een soort schimmenspel, waarbij veel geld wordt verknoeid met dure procedures. Verder zegt hij dat de solidariteit met de buurlanden binnen Europa kapot is.
Op dit laatste zegt Illes dat op dit moment de verwachting in Hongarije omtrent hulp van de andere Europese landen groot is. Maar, voegt zij eraan toe, de hulp moet evenwichtig worden binnen Europese teneinde de vluchtelingenexplosies te kunnen ondervangen.
Fernhout brengt in het midden dat hij "erg dubbel" is over het enthousiasme waarmee de Joegoslaven worden ontvangen.
10.30 De actualiteit: de ramp met het El Al- vliegtuig.
De berichtgeving hierover wordt vergeleken met die over de watersnood van '53.
In het begin wordt een kort bandfragment gedraaid van een verslag van de ramp van '53, gemaakt door Jan de Troye.
Op het moment van de ramp zat Arie Kleijwegt in Hamar, Noorwegen, om de Europese schaatskampioenschappen te verslaan.
Beide rampen hadden plaats op een zondag, in '53 bleek dat een enorme handicap te zijn.
Kees Slager (via lijnverbinding met Vlissingen) vertelt dat men in Zeeland bij elke ramp weer in '53 is. Hij is bezig de laatste hand te leggen aan een boek over de Watersnoodramp, en de aanleiding hiervoor lag voor hem in de rol van de pers destijds. Het verschil in de berichtgeving van toen en die van nu is volgens hem het feit dat in '53 elk bericht nieuws bevatte, terwijl er in de verslaggeving van de ramp in de Bijlmermeer veel sprake was van non-informatie. En dit laatste is het nadeel van snelle berichtgeving. Aan de ander kant was destijds geen sprake van onderzoeksjournalistiek, terwijl nu de kritische vragen en opmerkingen onmiddellijk kwamen van de kant van de pers.
10.41 Op 9 oktober 1992 was het 25 jaar geleden dat Che Guevara in de oerwouden van Bolivia werd omgebracht. Jacqueline Maris zocht een man op die op een oproep in de OVT-uitzending van 4 oktober 1992 reageerde. Deze man, Willem van Oranje noemt hij zichzelf, is 12 jaar bezig geweest met een film over Che. Op de geluidsband van deze film (en in de uitzending) is de stem van wijlen Anton Constandse te horen, die een commentaartekst uitspreekt n.a.v. de moord op Che Guevara.
De ideeën van Che spreken Willem nog immer aan, maar Gaiapolis, een soort arbeiders-zelfbestuur-commune die o.a. marmelade maakte van Cubaanse sinaasappelen, is reeds ter ziele.
Willem verblijft tegenwoordig in een blokhut, voert z'n eigen guerrilla, net als Che Guevara destijds. Voor hem is het alsof Che er nog steeds is.
Uitgebreidere documentatie aanwezig in VPRO archief
Tijden bij benadering
Presentatie: Hans Olink