‘Begin jaren tachtig zag ik als jonge jongen de One Man Show van Grace Jones. Op het affiche van die muziekvideocollectie was ze helemaal blauw en droeg ze dat kenmerkende, strakke jongenskapsel. Dat maakte een enorme indruk op mij omdat ze schijnbaar een vrouw was, maar eruitzag als een man. Later ontdekte ik dat het ook dus de One Man Show heette, met de nadruk op Man. Daar werd dus ook al mee gespeeld.
In mijn tienerjaren raakte ik gefascineerd door het nummer Do or Die. Dat is eigenlijk altijd mijn motto en lijflied gebleven: gewoon doen, en dan zien we wel wat er gebeurt. En natuurlijk Slave to the Rythm. Ik bedoel: kom op, dat nummer zit zó goed in elkaar. Voor mij zit dat nummer echt op dezelfde hoogte als het Requiem van Mozart. En geloof me, dat heb ik ook hoog zitten.’