Samen onderzoeken Laura en Babs in coronatijd in zes afleveringen onze omgang met de dood, van de laatste adem tot het hiernamaals. Ze bezoeken een ‘liever levend uitvaart’, ondergaan een dood-meditatie, gaan de snijzaal op en spreken met doodsreutel-experts.
Ondertussen komen we steeds meer te weten over Babs’ morbide fascinatie. 'Ik doe er luchtig over, maar eigenlijk worstel ik iedere dag met mijn doodsangst. Die bezweer ik door het monster in de bek te kijken.'
Als klein meisje speelde Babs Bakels op kerkhoven en begroef ze kleine dieren op de camping van haar oma. Die onalledaagse fascinatie heeft haar nooit verlaten. Haar huis staat vol schedels, opgezette dieren en (kunst)historische boeken over de dood. Als student werkte ze in een uitvaartcentrum en als curator stond ze aan de wieg van Uitvaartmuseum Tot Zover.