Grensverleggers is een interviewserie van VPRO.nl met creatieve makers die buiten de gebaande paden treden. Valentijn De Hingh, model en columniste, werd op zeer jonge leeftijd bekend door de documentaire Valentijn, waarin haar transitieproces werd gevolgd. In 2016 was ze ambassadrice op de Gay Pride van Amsterdam. Valentijn reflecteert op de heteroseksuele normen van de hedendaagse maatschappij. Is de dichotomie tussen man en vrouw nog langer houdbaar?

Cevahir Varan, Rowan Blijd en Renova Keteldijk

Wat heb je gedaan voor de Pride?

‘Ik was ambassadrice en functioneerde als het gezicht van de Pride. Daarmee bracht ik het verhaal naar buiten wat de Pride betekent en waarom we het moeten vieren. Als ambassadrice kwam ik erachter dat dit vragen zijn die nog steeds gesteld worden. Elk interview dat ik deed in het kader van de Pride, begon met de vraag: ''waarom vieren we nog eigenlijk de Pride?'' Ik denk dat het van groot belang is voor de zichtbaarheid van de LHBT-gemeenschap dat we de Pride vieren. We hebben een jaar de tijd om genderthematiek op serieuze wijze onder aandacht te brengen – de LHBT-rechten. Vervolgens hebben we twee weken in het jaar om te vieren dat we al veel vrijheden hebben en dat het heel lang ook goed gaat met de rechten van homoseksuele- en transgenderpersonen. En het meest waardevolle is dat de LHBT-gemeenschap zich twee weken lang zo zichtbaar maakt, dat niemand er meer om heen kan. En dat LHBT’ers op de meest grootste manier kunnen laten zien dat ze trots zijn op wie ze zijn.

De Pride werd geopend met een Pridewalk, een wandeling vanaf het vondelpark naar de Dam. Daar droegen mensen vlaggen van 72 landen waar homoseksualiteit bij wet verboden is. Daaruit ontstond het idee om van die 72 vlaggen een jurk te maken. Elke keer als er een wetswijziging plaatsvond in een land waar homoseksualiteit verboden is, werd de desbetreffende vlag gewijzigd in een regenboog. In het kader van de Amsterdam Rainbow Dress heb ik die jurk gedragen. Wereldwijd heeft dat veel publiciteit opgeleverd.’

Wat was jouw verhaal voor de Pride?

‘Ik was de eerste transgender-ambassadrice ooit in de historie van de Pride. De Pride wordt gevierd vanuit de LHBT-gemeenschap, maar ik had de indruk dat het transgender verhaal vergeten werd. Dat heeft te maken met het feit dat de homorechtenbeweging al zeker veertig jaar actief is, terwijl de transgenderbeweging pas twee jaar op gang is. Van mensen uit de transgendergemeenschap kreeg ik het gevoel mee dat ook voor hen de verbinding met de Pride ontbrak – voor transgenders ontbrak er een gevoel van verbondenheid met de Pride. Daarom zocht ik vooral naar de verbinding, omdat de Pride hand-in-hand gevierd moeten worden.’

Is de homoseksuele gemeenschap verder in het emancipatieproces dan de transgendergemeenschap?

‘Zeker. Sowieso is de groep homoseksuele mannen en vrouwen groter. Dat neemt niet weg dat er voor homomannen en homovrouwen veel dingen zijn die nog bereikt moeten worden in het emancipatieproces. Anderzijds komen veel transgenderpersonen vooral de laatste jaren hiervoor uit. De transgendergemeenschap laat zich pas sinds de laatste jaren meer gelden in het publieke debat.’

Welke verschillen zijn er tussen homoseksuele mensen en transgenders in de maatschappelijke problemen die zij ervaren?

‘Veel van de maatschappelijke problemen raken elkaar wel op een bepaald punt. Discriminatie is een veel voorkomend aspect waar beide gemeenschappen mee te maken hebben. Het verschil zit ‘m meer in de individuele issues. Mensen vinden homoseksulaliteit een lastig onderwerp om andere redenen dan waarom ze moeite hebben met transgender identiteiten. Bovendien krijgen homoseksuele mannen en vrouwen vaak met andere institutionele problemen te maken dan transgenderpersonen.

Zo is een tijd geleden de wet voor sterilisatie-eis gewijzigd, welke inhield dat de geslachtswijziging op overheidsdocumenten, zoals het paspoort, voor een transgenderpersoon gerechtigd was op de voorwaarde dat een operatie had plaatsgevonden. Het problematische daaraan was dat mensen, die een geslachtswijziging op officiële documenten wensten, automatisch werden gedwongen tot een operatie - een stap waar niet alle mensen vanuit de transgendergemeenschap voor kiezen.

Zo zijn er personen die als man door het leven gaan maar hun baarmoeder graag willen houden om hun kinderwens in vervulling te laten gaan. Voor veel mensen kan dat gezien worden als een hybride vorm van mannelijkheid, terwijl het voor mij een wezenlijke vorm van mannelijkheid is. Gelukkig is de wet gewijzigd, waardoor we nu een stap verder zijn: een doktersverklaring is voldoende. Maar eigenlijk zouden we nog steeds de volgende vraag moeten stellen: waarom definiëren we op een paspoort iemand als man of vrouw?’ 

Tekst gaat verder na de foto.

Vind je dat de dichotomie tussen man en vrouw stand kan houden in de hedendaagse maatschappij?

‘Het is juist erg dat die nog steeds stand houdt. Als persoon heb ik altijd al een afkeer gehad op de dichotomie tussen man en vrouw. Vanaf jongs af aan eiste de maatschappij van mij dat ik een kant moest kiezen, jongen of meisje. Ik wil me niet laten veroordelen tot een bepaalde gesteldheid in het leven, omdat ik het niet eens kan zijn met alles wat bij die gesteldheid hoort. Ik voel me Valentijn en het feit dat ik af en toe een jurk draag mag mij niet plaatsen in een hokje. Ik wil niet meedoen aan de dichotomie tussen man en vrouw en zoek mijn eigen weg. Er is geen logische verklaring waarom de mensheid door de geschiedenis heen zoveel waarde heeft gehecht aan zulke strenge grenzen tussen man en vrouw.’

Het lijkt wel alsof de maatschappij steeds om een verantwoording van je keuzes vraagt als je buiten de heteroseksuele, cisgender (niet-transgender) normen valt.

‘De Franse filosoof Michel Foucault heeft dat in zijn werken omschreven als institutionele controle. Dat vindt nog altijd plaats en de doktersverklaring, waar ik het net over had, is daar een voorbeeld van. Daarom ben ik een voorstander van het afschaffen van geslachtsvermelding op het paspoort. Laten we man en vrouw van onze paspoorten afhalen en de beslissing over iemands genderidentiteit bij de persoon zelf leggen, in plaats van bij medische of wetenschappelijke instituties.’

Sommigen pleiten voor een derde geslacht op officiële documenten. Is dat een gunstige ontwikkeling?

‘Voor sommige mensen zou dat natuurlijk heel fijn kunnen zijn. Echter is het probleem daarbij dat we de hokjes man en vrouw vervangen door een derde hokje, omdat we er niet tevreden over zijn. We zouden het denken in hokjes moeten overstijgen. Een persoon moet zelf kunnen bepalen hoe hij/zij over de eigen genderidentiteit denkt en of deze informatie openbaring moet krijgen. Dat is voor mij een logische volgende stap.’

Je noemde net Foucault, hoe zou je het discours over transgenderpersonen willen omschrijven?

‘Er is een proces gaande waarin transgenders in het overheersende heteroseksuele cisgender discours worden ingepast. Cisgender is een woord dat gebruikt wordt voor personen die niet transgender zijn. Lange tijd was daar niet echt een woord voor als we het hadden over normale of biologische mannen en vrouwen. Maar ik ben niet meer of minder biologisch dan wie dan ook. En toch zien veel mensen het nog wel zo. Vandaar dat veel transgenderpersonen moeite hebben met uitspraken als ''hij/zij is geboren als man/vrouw.'' Bij de geboorte krijgt het kind een genderidentiteit toegewezen op basis van lichamelijke kenmerken, maar in een latere levensfase kan blijken dat de toegewezen genderidentiteit niet past bij hoe iemand zichzelf ziet. Kan je bijvoorbeeld over mij zeggen dat ik geboren ben als man… van binnen ben ik altijd dezelfde persoon geweest die ik nu ben. Dus het voelt raar en niet respectvol als mensen over mij zeggen dat ik geboren ben als man, want ikzelf zie dat gewoon niet zo.

Maar hoe mensen nu naar transgender personen kijken, is als volgt: je bent geboren als het ene geslacht, maar je voelt jezelf niet thuis in je lichaam, gaat in transitie en wordt zo het andere geslacht. Het proces van transitie leidt er dus uiteindelijk toe dat je weer past in de normale wereld, dat je als het ware weer thuiskomt in het dominante cisnormatieve discours. Je migreert van het ene hokje naar het andere hokje, maar tussen die twee hokjes bestaat nog steeds maar heel weinig ruimte en vrijheid. Ik zie de dingen anders; naar mijn idee is transgender zijn in essentie een opzichzelfstaande ervaring die niet te vatten is in de dominante vocabulaire die binnen onze maatschappij heersend wordt gebruikt.

De transgenderidentiteit bevindt zich naar mijn mening altijd tussen de hokjes en voor dit grijze gebied bestaat nog geen adequate taal, geen toereikend betekenissysteem. Daarom ben ik van mening dat de transgendergemeenschap op zoek moet gaan naar een eigen discours – hoe wij als transgenders onszelf definiëren. Noch de wereld, noch de transgendergemeenschap is daar klaar voor, denk ik. Dat geldt soms ook voor mijzelf - I’m still figuring this out.’

Tekst gaat verder na de foto.

Het bijzondere is dat je op een metaniveau kritisch kan reflecteren op alles.

‘Tijdens mijn transitie, vanaf mijn vijfde tot aan mijn twintigste, had ik steeds het gevoel dat ik mijzelf in moest kaderen. Dat kwam doordat ik in die tijd niet de beschikking had over de vocabulaire om te definiëren hoe ik er werkelijk over dacht. Op de universiteit kreeg ik de benodigde academische vocabulaire aangereikt, waardoor ik nu de genderthematiek op een metaniveau kan problematiseren.

Toen ik boeken van de Amerikaanse filosoof Judith Butler las, dacht ik voor het eerst: zij snapt gewoon waar ik me vanaf mijn vijfde mee bezig ben. In 2012 gaf ik in Amsterdam een TedTalk waarin ik zei: gender was a practical joke, but I was not in on the joke. Ik wilde bijvoorbeeld altijd met barbies spelen, waardoor andere mensen vervolgens gingen roepen dat ik dan vast een meisje wilde worden en dan vast ook wel een vagina zou willen. Want dat hoorde er toch logischerwijs bij? Terwijl ik zelf die verbanden nooit heb gelegd - sterker nog… dat heb ik ook nooit begrepen.’

Je zei dat je transitie nog niet klaar is.

‘Ik weet nog steeds niet waar mijn gender zich bevindt op het spectrum van genderidentiteit. Ook weet ik niet hoe ik daar precies achter zou moeten komen. Ik ben meer bezig met het omarmen van vraagtekens dan het zoeken naar een oplossing. Wellicht zie ik het als mijn rol in het leven om vragen te stellen in plaats van antwoorden te formuleren. Vragen zijn sowieso interessanter dan antwoorden. Dat is nogal wat om toe te geven voor iemand die in haar leven veel op zoek geweest is naar antwoorden.

Vooral omdat ik altijd het gevoel had dat andere mensen steeds vragen hadden en ik me heel verantwoordelijk voelde om ze van bevredigende antwoorden te voorzien. Die verantwoordelijkheid heb ik kunnen loslaten, waardoor mijn transitieproces een nieuwe dimensie heeft gekregen. Zoals ik net zei, denk ik liever op metaniveau na over gender dan dat ik dagelijks een druk voel mijn genderindentiteit constant te bevestigen. Ik hoef bijvoorbeeld over het volgende niet meer na te denken: ben ik wel vrouw genoeg als ik vandaag een broek aantrek? Dat heb ik losgelaten en het is fijn dat ik me daar geen zorgen meer om hoeft te maken.’

meer lezen

meer interviews