De muziek van Pierre Boulez zou moeilijk en ontoegankelijk zijn. In een theatrale ambiance geeft de componist tips die het luisteren vergemakkelijken. Kies de pure klank als richtsnoer, stelt Boulez voor. Kruip in het moment.

Toegegeven, populair zal de muziek van Pierre Boulez (90) nooit worden. Prikkeldraad, hermetisch, kakofonie: het zijn maar een paar van de etiketten die zijn geplakt op de klanken van de Franse avant-gardecomponist. Dat bewonderaars strooien met loftuitingen als ‘superieur intellect’ en ‘kristallijne schoonheid’, jaagt Boulezsceptici alleen maar hoger in de gordijnen.

Oren dicht voor Pierre Boulez – of toch niet? Klassieke-muziekliefhebbers herkennen het dilemma. Ze zijn heus niet allergisch voor een dissonant. Ze beseffen best dat stilstand in de kunsten achteruitgang betekent. Maar Pierre Boulez, que me veux-tu? Wat wil je, met stukken waaraan je naar het schijnt driftig hebt zitten rekenen? Schuilt er in je slimme noten ook maar een greintje gevoel? En als je klanken zo briljant zijn, wil je ons dan op z’n minst leren hoe we ernaar kunnen luisteren?

Die vragen heeft het Chicago Symphony Orchestra goed in z’n oren geknoopt. In november 2014 presenteerden de Amerikanen Beyond the Score: A Portrait of Pierre Boulez. Dit avondje uit werd geen alledaags concert, eerder een documentaire. Sterarchitect Frank Gehry, een vriend van de componist, smeedde een theatrale ambiance rond muziek, flarden interview en historische beelden.

Samen verklaren ze het raadsel Boulez op een speelse manier. Ook de componist zelf verschijnt in beeld. Ver voor zijn negentigste kunnen de opnamen niet zijn gemaakt. In ontwapenend franglais belicht de meester zijn kunst en carrière. Soms vloeit de hese, vermoeide senior over in zijn energieke evenbeeld van vroeger. Van andante gaat het naar uptempo, van milde relativering naar strijd. Ontroerend te zien hoe met het ouder worden bressen vallen in de muur van stelligheid en provocatie die de componist altijd rondom zichzelf heeft opgetrokken. 

'De neoklassieke stukken van Igor Stravinsky? Ze leden aan sclerose. Górecki’s Derde symfonie? Merde. Burgerlijke operahuizen? Opblazen graag.' 

niets onziende opinies

Slim van het Holland Festival om met deze voorstelling zijn Boulez-thema te openen. Wie meent te lijden aan een Boulez-allergie, kan hier z’n therapie halen. Want of het nu gaat om een eerste kennismaking of een laatste kans: als vanzelf glijd je het universum binnen van de man die historie schreef als aanjager van het strengste muzikale modernisme.

Op zijn achttiende zie je hem landen in Parijs. Pierre Boulez, de gesjeesde wiskundestudent uit het departement Loire, schuift aan in het fameuze componistenklasje van Olivier Messiaen. In en om het conservatorium valt hij op. Wanneer de theatercompagnie Renaud-Barrault in 1946 een muzikaal leider zoekt, schuift componist Arthur Honegger de 21-jarige Boulez naar voren. Later herinnert de theaterdirecteur zich dat hij ‘een speels, pittig roofdier’ in de ogen keek, een talent dat zijn temperament maar moeilijk kon verbergen.

Boulez werd een artiest met niets ontziende opinies. Componisten die de vernieuwing verwierpen? Hij vond ze nutteloos. De neoklassieke stukken van Igor Stravinsky? Ze leden aan sclerose. Górecki’s Derde symfonie? Merde. Burgerlijke operahuizen? Opblazen graag. Die laatste quote werd in 1967 door het Duitse weekblad Der Spiegel iets te hijgerig uitvergroot. Maar nog in 2000 sprak Pierre Boulez een fatwa uit over de vijftien symfonieën van Dmitri Sjostakovitsj. De beeldspraak ontleende hij voor die gelegenheid aan de olijfoliebranche: ‘Voor mij is Sjostakovitsj de tweede, of zelfs derde persing van Mahler.’

Dat hem intolerante retoriek werd aangewreven, heeft Boulez nooit kunnen deren. Wie niet obstinaat is bereikt niets, luidt zijn credo. Als componist bouwde hij in de jaren vijftig de twaalftoonsmuziek van Arnold Schönberg en Anton Webern verder uit. Met medestrijders als Stockhausen verklaarde hij dit ‘serialisme’ ook van toepassing op muzikale zaken als ritme, klankkleur en toonduur. Tot op de dag van vandaag pareert Boulez het verwijt van zielloos rationalisme en gortdroge rekenarij. 

Asko|Schönberg

Vissen in een aquarium

Op 2 juni zal hij het in zijn geprojecteerde gedaante opnieuw doen in het Amsterdamse Muziekgebouw aan ’t IJ. Tussen filmfragmenten door spelen Asko|Schönberg en Slagwerk Den Haag muziek van Boulez. Actrice Bracha van Doesburg draagt passages voor uit brieven en gedichten. De componist zelf legt uit met welke oren je naar zijn noten kunt luisteren.
Neem het aspect beweging. Kijk naar vissen in een aquarium, zal de maître suggereren. Ze hangen stil, er gebeurt iets, ze bewegen in een flits – en ze hangen weer stil. Doe met dit beeld je voordeel bij de kleurenschitteringen van Dérive 2.

Klank. Een harp maakt een ander geluid dan een hobo, dat hoort iedereen. Kies de pure klank als richtsnoer, stelt Boulez voor. Kruip in het moment. Vergeet het verleden, denk niet na over de toekomst. Samenklank. Heb je op de piano ooit het interval van een none aangeslagen? Zeg zelf, dat resoneert mild. Voeg er een derde, vierde of zoveelste toon aan toe en je hoort voorheen ondenkbare harmonieën. Daar, op het kruispunt van eenvoud en anarchie, schiep Boulez zijn nieuwe ‘vocabulaire van samenklanken’.

Organisatie. Spreekt Stéphane Mallarmé in een gedicht over een vensterruit en kantwerk? In Improvisations sur Mallarmé verdeelt Boulez de noten over precies die sferen. De ene klankwereld representeert het harde, reflecterende glas. De andere de zachte ornamentiek van kant. 

Orgie van ruimtelijkheid

En zo lokt de componist je in Beyond the Score langzaam zijn wereld binnen, die verrassend sensueel zal blijken te zijn. Waarna je gereed bent om op 14 juni in de Amsterdamse Gashouder Répons te ondergaan. In dit revolutionaire stuk koppelt Boulez traditionele instrumenten aan real time, digitaal gemanipuleerd geluid. Répons wordt een orgie van ruimtelijkheid: ensemblemusici in het midden, publiek eromheen, solomusici en luidsprekers rondom. Op 20 juni, in de informele sfeer van de 12 Hour Prom, komen kleurrijke Boulezklassiekers voorbij als de cantate Le soleil des eaux en het orkestwerk Notations. Pierre Boulez geeft eerlijk toe dat hij zelf bij overrompelende muziek eerst in het duister tast. Daarna gaat hij de noten analyseren. Hoe zitten ze in elkaar? Wat willen ze communiceren? Het slot van het liedje is dat hij opnieuw in het duister tast. ‘Je zult nooit weten waarom het ene echt beter is dan het andere.’ Een leek mag de analyse natuurlijk overslaan. Want wie van een bloemenveld wil genieten, hoeft toch ook geen botanicus te zijn?

Muziekgebouw aan ’t IJ
Beyond the Score: A Portrait of Pierre Boulez
DINSDAG 2 JUNI, 20.30 UUR

WGF Gashouder
Répons
ZONDAG 14 juni, 20.00 UUR

Concertgebouw
12 Hour Prom
ZATERDAG 20 juni, 14.00-2.00 UUR