Wetterskip Fryslan gaat niet langer meewerken aan het verlagen van het waterpeil en legt daarmee een potentiële bom onder de plannen voor gaswinning in Friesland. Dat blijkt uit gesprekken die Argos de afgelopen maanden voerde met betrokkenen en deskundigen. Door gaswinning daalt de bodem, die in Friesland sowieso al flink is gedaald. Bij nieuwe gaswinning zal de extra bodemdaling volgens het waterschap onherstelbare schade aan het watersysteem opleveren. Door het besluit van het waterschap komen het Ministerie van EZK en gasboorbedrijf Vermilion in een lastige positie.

Dat het waterschap dit beleid nu officieel instelt kent een voorgeschiedenis. De afgelopen jaren heeft het Wetterskip Fryslân namelijk zelf het waterpeil laten zakken, zodat de landbouwgrond langere periodes in het jaar door boeren gebruikt kan worden. Gevolg: bodemdaling. Nu komt het waterschap daar dus van terug. Dagelijks bestuurder Remco van Maurik: “Friesland is een badkuip. Met op het laagst gelegen punt de veengrond. Door het waterpeil te verlagen verdroogt de toch al kwetsbare veenlaag en deze krimpt nog meer in. Normaal gesproken laten wij dan het waterpeil weer zakken, maar dat gaan wij niet meer doen. Want de schade aan de bodem is onherstelbaar. Wij zijn daar nu echt wel van teruggekomen”. 

Sterker nog, de afgelopen tijd heeft het waterschap juist hard gewerkt aan beleid om het waterpeil te verhogen en de bodem niet verder schade toe te brengen. En dat was best een opgave: “Samen met agrariërs en natuurbeheerders zijn nu afspraken gemaakt. Dat was een proces dat jaren heeft gekost. Je kunt je voorstellen dat verschillende partijen dat niet leuk vonden.”  Toch staan nu in Friesland de neuzen dezelfde kant op. “In onze brede coalitie, waar ook de BBB en GroenLinks/PvdA zitten, zijn we overeengekomen om niet meer mee te werken aan die bodemdaling. En dus niet aan gaswinning.”  

Maar dat heeft potentieel grote consequenties voor de plannen van het kabinet om juist te versnellen met het leeghalen van de kleine gasvelden.

Stok in de wielen 

Naar eigen zeggen steekt het Wetterskip met de maatregel dan nu ook een stok in de wielen – niet alleen van de mijnbouwbedrijven, maar ook van het ministerie van Klimaat en Groene Groei. Bij het waterschap heerst volgens van Maurik ook wel wat ongemak over het innemen van die positie.  “Wij zijn van nature een overheid die graag mee wil werken, niet oppositioneel. We hebben het er ook wel  uitgebreid over gehad. Hoe ver moet je tegen je eigen overheid optreden? Maar we hebben draagvlak, we worden hierin volstrekt gesteund door provincie en gemeenten.“

De gang van zaken rond nieuwe gaswinning stuit lagere overheden in Friesland namelijk al langer tegen de borst. “We vragen burgers om te verduurzamen,  we zijn met boerenorganisaties en natuurorganisaties aan het werk om dat waterpeil omhoog te brengen en nu komt de overheid ook nog een keertje aan en die zegt ‘we willen gas winnen’.” Dat steekt, vertelt Van Maurik.  “Het ministerie van Klimaat en Groene Groei breekt met haar goedkeuring voor nieuwe gaswinning in op een punt dat er na jaren onderhandelen eindelijk consensus is bereikt over hoe om te gaan met de kwetsbare bodem in Friesland.”   

'Het overleg is gestopt' 

Doordat de gaswinning uit het Groningenveld eerst is afgebouwd en nu beëindigd, vervullen de kleine velden volgens het ministerie een steeds belangrijke rol. Het effect hiervan is ook bij het waterschap in Friesland merkbaar. Van Maurik: “Je ziet dat er steeds vaker aanvragen voor nieuwe gaswinning binnenkomen, er komen er dit jaar nog wel vijf aan.  Ook in het kwetsbare veenweidegebied liggen de aanvragen op de stapel.” Over al die aanvragen adviseert het Waterschap negatief. Van Maurik: “De extra schade die gaswinning met zich meebrengt is enorm en die valt niet meer te herstellen. Dus je moet nadenken als overheid: wat wil je? Wat geef je door aan de volgende generaties?"  

Toch lijkt dat standpunt en de negatieve advisering geen invloed te hebben op de besluitvorming. Voor van Maurik is de maat nu vol. “Het overleg is gestopt. Nu volgt voor ons de juridische route.” De verwachting is dat een ministerie of mijnbouwbedrijf de beslissing van het waterschap zal aanvechten.

In dat geval is het verzet van het Waterschap niet bij voorbaat kansloos, meent hoogleraar bestuursrecht Herman Bröring. “Als het waterschap goede redenen heeft dan vind ik het voor het Rijk een lastig verhaal. Dan wordt het spannend.”

Bovendien beroept het Waterschap zich op de ambities van het eigen ministerie, dat van Infrastructuur en Waterstaat dat ook bodemdaling juist wil tegengaan.

Nieuw beleid

Bröring: “Het is interessant dat waterschap vanuit zijn eigen ministerie die boodschap heeft om bodemdaling tegen te gaan en daar nu zelf beleid op voert. Als dit beleid goed is onderbouwd zodat is aangetoond dat het niet alleen gaat om dwarsliggen, heeft het waterschap in een eventuele rechterlijke procedure een pleitbaar standpunt.” Het Rijk zou zich ook nog kunnen beroepen op het ‘algemeen belang’ als grond om het standpunt van het waterschap ongedaan te maken. “Dat wordt de komende tijd interessant om te volgen.”  

Het Ministerie van Klimaat en Groene Groei (KGG) laat aan Argos weten dat uitzonderingen mogelijk zijn op het beleid van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Of er op basis van de door het waterschap nu gevoerde beleid nu helemaal geen nieuwe gaswinning mogelijk is in de provincie Friesland, kan het ministerie van KGG niet bij voorbaat zeggen. 

Het Canadese mijnbouwbedrijf Vermilion laat aan Argos weten: “Het peil van het grondwater in veenweidegebieden moet, nadat Wetterskip Fryslân decennialang de peilen verlaagde ten gunste van de landbouw, weer omhoog. Dat is nieuw beleid.” Het bedrijf beraadt zich nog op vervolgstappen. “Dit is nieuwe en ingewikkelde kost waar nog onderzoek en overleg voor nodig is.”