Door de MeToo-beweging kwamen de afgelopen jaren steeds meer gevallen van grensoverschrijdend gedrag aan het licht. Argos deed onderzoek naar meldingen bij Nederlandse universiteiten en kwam zo in contact met Fleur. Tijdens haar studie kreeg zij een stortvloed aan ongepaste appjes binnen van haar scriptiebegeleider, en dit terwijl hij haar scriptie nog moest beoordelen. Uiteindelijk kwam ze ziek thuis te zitten.

Als masterstudent aan de Radboud Universiteit bevond Fleur, destijds 23 jaar oud, zich aan het begin van haar carrière als gedragspsycholoog. Ze was net begonnen met haar scriptieonderzoek, dat veel tijd, inspanning en een nauwe samenwerking met haar scriptiebegeleider vergde. Ook kreeg Fleur een functie bij het bedrijf waarvan de hoogleraar mede-oprichter is. ‘Wij hadden een vriendschappelijke relatie en dat vond ik ook heel gezellig en ik dacht oh leuk, zo kan je ook met een scriptiebegeleider omgaan.’

Maar steeds vaker ontving Fleur berichtjes van hem. ‘Je bent een heel bijzondere vrouw. En dat meen ik echt.’ Ook reageerde hij op haar foto’s op sociale media met teksten zoals ‘lekker ding’ en de vraag hoeveel rode jurkjes ze heeft. Fleur vond de verandering in de toon van hun contact niet prettig, maar wist niet goed hoe ze hiermee om moest gaan. ‘Ik merkte heel snel: dit vind ik niet fijn. Maar ik was een jonge vrouw van begin twintig. Ik wist niet wat ik daar mee moest doen.’ Fleur zou bijna de opleiding waar zij erg hard voor had gewerkt afronden, en hij moest haar scriptie nog beoordelen. ‘Het was een afhankelijkheidsrelatie.’

'Het was een afhankelijkheidsrelatie.'

Steeds meer ongemak

Wel sprak Fleur met medestudenten over de situatie. Ze vroeg zich af of ze dit moest melden, en zo ja, waar dan. Dat wist ze zelf toen niet. Met haar medestudenten sprak Fleur hier op een luchtige manier over om makkelijker met de situatie om te kunnen gaan.

Zelfs tijdens Fleurs reis naar Amerika om een presentatie te geven op een conferentie, kreeg ze appjes van de hoogleraar. Hij vroeg haar wanneer ze terugkwam en reageerde op haar antwoord met: ‘Mooi! Dan bespring ik je. Nou ja, bij wijze van spreken dan. Maar ik heb je wel gemist.’ Na meerdere verzoeken om af te spreken te hebben afgewezen, besloot ze hem er voor het eerst op aan te spreken. Ze vertelde dat ze zich ongemakkelijk voelde bij zijn voorstellen. Hij zei het te begrijpen, maar voegde toe: ‘Ik voel me wel afgewezen. Was denk ik ongeveer 25 jaar geleden. Was vergeten hoe het voelde. Vreemd dus.’

Waarschuwingen helpen niet

Ook al had Fleur haar ongemak geuit, veranderde zijn gedrag nauwelijks. Hij kwam vaak langs op het kantoor van Fleur en had dan enkel oog voor haar. Langzaam begon dit op te vallen bij andere studenten. Eén van de studenten trok aan de bel en benaderde de studiecoördinator, die een mail aan de hoogleraar schreef waarin zij hem wees op de wetenschappelijke integriteitscode. Dezelfde dag vertelde hij Fleur lacherig over deze e-mail.

Ondanks de waarschuwingen die de hoogleraar had ontvangen en de herhaaldelijke opmerkingen van Fleur op zijn gedrag, hield het grensoverschrijdende gedrag niet op. ‘Hij is er minstens drie keer op aangesproken’, zegt Fleur.

Net voor ze het cijfer voor haar scriptie van hem zou ontvangen, vertelde hij aan Fleur dat hij verliefd op haar was. ‘Ik schrok hier heel erg van want had het niet verwacht en ik was niet verliefd op hem. Op dat moment heb ik ook aangeven, ‘ik schrik van je. Ik vind het niet fijn om te horen en ik wil ook niet dat je hier iets mee gaat doen.’’ Wel vroeg hij Fleur om het aan niemand te vertellen, omdat het hem kon schaden.

‘Helemaal uitgeput’

Het grensoverschrijdende gedrag duurde drie jaar. Tot de druppel viel die de emmer deed overlopen. Fleur was inmiddels afgestudeerd, maar ze zag de hoogleraar nog regelmatig bij het bedrijf. ‘In de zomer van 2020 kreeg ik het gevoel dat hij stiekem foto's van mij aan het maken was tijdens vergaderingen.’ Fleurs lichaam trilde, ze werd ziek en ze had stressklachten. ‘Ik heb heel erg veel gehuild. Je merkte dat er veel spanning en verdriet opgebouwd zat. Dit ging drie jaar lang heel erg over mijn grens heen.’

Na onder ogen te komen dat het niet langer zo door kon gaan, wilde ze hoogleraar een keer in een direct gesprek confronteren met wat dit allemaal bij haar teweeg had gebracht. Ze vertelde hem dat het haar dwars zat dat hij nooit zijn excuses had aangeboden. Ook zei ze: ‘Ik voel me nu heel ongelukkig. Ik kan niet goed slapen. Ik kan niet goed werken. Ik ben helemaal uitgeput.’                                                                                

 

'Dit ging al drie jaar lang heel erg over mijn grens heen.'

Onafhankelijk onderzoek

Fleur bleek niet de enige te zijn binnen het bedrijf die te maken kreeg met grensoverschrijdend gedrag van de hoogleraar. Er was een tweede vrouw die een vergelijkbare situatie meemaakte met deze hoogleraar, Anne. Zij was werkzaam bij zijn bedrijf. Anne zegt: ‘Ik vind het belangrijk dat er aandacht is voor hoe uitgesteld je reactie kan zijn als dit gebeurt. Op het moment zelf ben je, vooral als iemand hiërarchisch boven jou staat, erg bezig met dat je normaal moet doen naar diegene. Vooral als die beslist over jouw toekomst.’

Fleur had ervoor gekozen om een melding te maken bij het bedrijf waar zij en de hoogleraar werkzaam waren. Daaruit volgde een onafhankelijk onderzoek uitgevoerd door BING. Zijn gedrag was niet strafrechtelijk strafbaar maar wel grensoverschrijdend en ook in strijd met de Arbowetgeving. De hoogleraar kreeg van het bedrijf een gele kaart en mocht twee jaar lang niet op kantoor komen.

'Net een rechtszaak'

Fleur nam ook contact op met een vertrouwenspersoon van de Radboud Universiteit. De vertrouwenspersoon informeerde haar dat ze een officiële klacht kon indienen. Wel kreeg ze gelijk de waarschuwing dat dit een lange en intensieve procedure zou worden, vergelijkbaar met ‘een rechtszaak’. Fleur was hierdoor ontmoedigd. Ze had nota bene te weinig energie om naar haar werk te gaan, laat staan om nogmaals geconfronteerd te worden met datgene wat al drie jaar zwaar op haar drukte. Wel werd de melding opgepakt, en ontving Fleur kort daarna een brief ondertekend door de decaan waarin stond ‘dat de melding gegrond is en er sprake was van ongewenste omgangsvormen.’ Ook noemde hij het een ‘ernstige kwestie waarbij ook een maatregel past’. De maatregel werd een waarschuwing die opgenomen werd in het personeelsdossier van de hoogleraar, vergelijkbaar met een gele kaart. Als er nog een melding zou worden gedaan, zou dit een rode kaart worden. 

‘Het kan nog steeds gebeuren’

Fleur, nu 29 jaar oud, reflecteert op die tijd. Ze is niet helemaal tevreden met de gele kaart die de hoogleraar ontving. Ze vraagt zich af waarom het zo moeilijk was om een officiële klacht in te dienen en waarom er geen actief onderzoek werd opgesteld om te achterhalen of dit anderen binnen de universiteit ook was overkomen. 

Ook kijkt Fleur terug op haar eigen handelen. ‘Wat zou er gebeurd zijn als ik wel eerder naar een vertrouwenspersoon was gegaan? Wat zou er met mijn scriptie gebeurd zijn? Nu denk ik had ik het maar gedaan, want dan was er heel vroeg al een echt een halt toegeroepen. Maar daar kom ik nooit meer achter.’ Nu, als 29-jarige, weet ze dat ze het wel zou kunnen. Maar toen, in haar begin twintiger jaren, betwijfelt ze of ze dit eerder had gekund. Volgens haar spelen er allerlei onbewuste redenen die een belemmering vormen. ‘Er komt schaamte bij kijken, de angst voor de gevolgen en jezelf verantwoordelijk stellen voor het gedrag.’

Fleur zegt zelf geen baat te hebben gehad bij de officiële klacht die ze had willen indienen, omdat ze niet meer actief was binnen de universiteit. Ze wilde dit echter wel doen om te voorkomen dat zoiets nog een keer zou plaatsvinden. ‘Hij kan zijn begeleidende taken met een nieuw meisje van twintig voortzetten. Mijn klacht was bedoeld om te voorkomen dat dat kon gebeuren en dat kan eigenlijk nog steeds gebeuren.’