De voorschriften voor de Pegida-demonstraties in Amsterdam waren in strijd met de wet. Dat stelt Berend Roorda, onderzoeker van het Centrum voor Openbare Orde en Veiligheid en adviseur van het Ministerie van Binnenlandse Zaken, tegenover onderzoeksjournalisten van Argos in De Sprint.


De Sprint in De Sportzomer: maandag, woensdag en vrijdag tussen 12.00 en 13.00 uur op NPO Radio 1. Klik hier om de uitzending over de Pegida-demonstratie in Amsterdam te beluisteren.


Géén hakenkruizen. Dat was de boodschap van de gemeente Amsterdam, toen de rechtse protestbeweging Pegida een demonstratie tegen islamisering en het asielbeleid wilde organiseren in de hoofdstad.

De reden voor dit verbod? ‘Het hakenkruis verhoudt zich (…) niet met het traumatische Amsterdamse verleden, een open zenuw in de stad, en het raakt de bescherming van met name onze Joodse medeburgers. Het verbinden van actuele thema's met het hakenkruis kan heftige reacties en daarmee wanordelijkheden uitlokken.’

Pegida-voorman moet voor kantonrechter verschijnen

Bovengenoemd citaat komt uit een brief van de gemeente Amsterdam aan Pegida-voorman Edwin Wagensveld, en is ondertekend door burgemeester Eberhard van der Laan. Wagensveld besloot zich tijdens de Pegida-demonstratie van 27 februari jl. niet aan het verbod te houden. Hij onthulde op een podium een afbeelding van een hakenkruis, dat samen met onder meer de IS-vlag en de PKK-vlag in een prullenbak staat afgebeeld, om aan te geven dat Pegida van al deze symbolen afstand neemt.

De Pegida-voorman werd hierop gearresteerd. Na verhoor werd Wagensveld weliswaar weer vrijgelaten, maar daarmee is hij nog niet van het Openbaar Ministerie af. Het OM bevestigt aan Argos dat Wagensveld op 8 september voor de rechter moet verschijnen. Hem wordt ten laste gelegd dat hij door het tonen van een hakenkruis heeft gehandeld in strijd met een door de burgemeester gegeven voorschrift in het kader van de Wet openbare manifestaties. Volgens het OM is hem eerst een strafbeschikking aangeboden, en wordt overgegaan tot een rechtszaak omdat hij deze heeft geweigerd.

Pegida-voorman Edwin Wagensveld wijst naar het hakenkruis

'Verbod hakenkruis bij demonstratie Amsterdam tegen de wet'

Volgens Berend Roorda, onderzoeker van het Centrum voor Openbare Orde en Veiligheid aan de Rijksuniversiteit Groningen en betrokkene bij de evaluatie van de Wet openbare manifestaties in opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken, is de Amsterdamse burgemeester Van der Laan met de voorschriften ‘zijn boekje te buiten gegaan’.

Roorda zegt dat de burgemeester de wet overtrad door voor te schrijven dat er tijdens de Pegida-demonstraties ‘geen hakenkruis, in geen enkele uitingsvorm’ zichtbaar mocht zijn. Volgens de Wet openbare manifestaties mogen burgemeesters alleen beperkingen stellen aan demonstraties in het kader van de bescherming van de gezondheid, in het belang van het verkeer en ter bestrijding of voorkoming van wanordelijkheden. Artikel 5 lid 3 van de wet stelt expliciet dat een voorschrift of een verbod nooit betrekking mag hebben op de inhoud.

‘En dat is niet voor niets’, aldus Roorda. ‘Dat heeft alles te maken met de vrijheid van meningsuiting en het censuurverbod. Dat je niet voorafgaand beperkt mag worden in bepaalde uitingen. Hoe onmenselijk het ook is dat bepaalde uitingen worden gedaan, begrijp me niet verkeerd.’

Burgemeester Eberhard van der Laan

Reactie gemeente Amsterdam

Argos heeft inmiddels een uitgebreide reactie ontvangen van de gemeente Amsterdam. In een reactie op het betoog van Berend Roorda laat de gemeente weten dat de Pegida-demonstratie tegen het asielbeleid en de islam gericht was. De gemeente zegt dat hakenkruizen niet om inhoudelijke redenen verboden waren, maar om de openbare orde te beschermen.

Roorda zet vraagtekens bij deze redenatie: ‘Het is niet aan de burgemeester om te bepalen wat Pegida wel of niet wil betogen, want dat gaat dus om de inhoud.’

De Sprint

De discussie over de voorschriften bij Pegida-demonstraties is onderdeel van ‘De Sprint’, de onderzoeksrubriek van De Sportzomer op NPO Radio 1. De centrale vragen van het Sprint-onderzoek van deze week zijn of (rechtse) Pegida-demonstranten minder vaak gearresteerd worden dan (linkse) tegendemonstranten, en of beide groepen demonstranten wel gelijk behandeld worden binnen de Nederlandse rechtsstaat.

Informatie en tips zijn nog altijd van harte welkom bij dit onderzoek. Neem hiervoor contact op met Sanne Terlingen en Jacqueline Maris via argos@vpro.nl Vrijdag 12 augustus worden de resultaten van het onderzoek bekend gemaakt, tussen 12.00 en 13.00 uur in De Sportzomer op NPO Radio 1.

Eerdere onderzoeken van De Sprint