mini-docu
Flor di Rabenta
Kaapverdiaanse muziek is een belangrijk exportproduct. De meeste artiesten wonen echter in de diaspora. In Rotterdam bijv., het zogenaamde tiende eiland van Kaapverdië. Gebeurt er dan helemaal niets op muzikaal gebied op het Afrikaanse eilandenrijk?
Naast morna's en funaná, zijn er in Kaapverdië batucadeiras te vinden. Elk dorpje heeft wel een vrouwengroep (batucadeiras) die met zang en percussie muziek maken. Soms spelen ze samen met een gitarist of accordeonist, meestal een man, of maken ze een cross-over met een andere stijl.
Tijdens haar reis naar de muziekbeurs Atlantic Music Expo dit jaar in Praia op het eiland Santiago, kwam Charlie Crooijmans via Ligia Veiga in contact met Flor di Rabenta. Samen met haar collega Magda Pucci en de kunstenares Misá, die zich inzet voor vrouwen op Kaapverdië, is ze uitgenodigd bij de artistiek leider van Flor di Rabenta thuis. Flor di Rabenta voert voor de opnamen een pure batuqua uit.
De meeste vrouwen zijn achtergelaten door hun mannen omdat er in het thuisland niets te doen is. Ze wonen in de diaspora en sturen geld naar huis, maar het kan zijn dat ze elkaar jaren niet meer zien en toch getrouwd blijven. Drie keer zoveel Kaapverdianen wonen en werken buiten Kaapverdië. Zo'n groep als Flor di Rabenta met (alleenstaande getrouwde vrouwen) is exemplarisch.