Het Spoor Terug
De Duitse inval 4: Vesting Holland
In de nacht van 9 op 10 mei bevindt korporaal Siem Heiden zich in de Vesting Holland op het eiland Dordrecht. Als de Duitse parachutisten uit de lucht komen vallen, breekt er paniek uit. Interview met schaatser Siem Heiden.
Over de vraag of met dit programma geschiedvervalsing is gepleegd, is een heel dispuut ontstaan tussen o.a. maker Marnix Koolhaas en historicus Allert Goossens.
---
Presentatieteksten van Duitse Inval 4:
ekst 1
Het is voor iedereen een grote verrassing dat al op 10 mei, de eerste oorlogsdag, de Duitsers tot in het Westen van ons land doordringen. Vrijwel niemand heeft er op gerekend dat de vijand letterlijk uit de lucht zal komen vallen. Binnen de vesting Holland, het door de grote waterwegen omsloten Westen van ons land, hebben de Duitsers het gemunt op twee van de Zuid-Hollandse eilanden: IJsselmonde, met het beneden de Maas gelegen deel van Rotterdam, en het eiland van Dordrecht. Zij moeten de strategische bruggen en vliegvelden in handen krijgen, om zo de doortocht vrij te maken voor de oprukkende 9e Duitse Panzer Divisie. Als in de vroege morgen van 10 mei de eerste Stuka’s overvliegen, blijken er weinig Nederlandse troepen op de twee eilanden aanwezig te zijn. Vooral veel officieren brengen de nacht thuis door, en kunnen hun onderdelen niet meer bereiken. Bovendien is het bevel over Dordrecht volgens velen niet in veilige handen. Commandant is een zekere overste Mussert, broer van de NSBleider. Hij is verantwoordelijk voor de Maas-brug, de verbinding met Rotterdam.
Eén van de manschappen die wel in een oude school in Dordrecht de nacht heeft doorgebracht is dienstplichtig korporaal Siem Heiden, van het depot Pontonniers en Torpedisten. Hij is 35 en behoort tot de oudste lichting die nog voor de mobilisatie is opgeroepen. De metselaar uit IJsselmonde, die in zijn tijd nationale bekendheid geniet als schaatsenrijder, heeft als één van de weinigen de komst van de Duitse Fallschirmjäger voorspelt. Zijn verhaal staat deze uitzending centraal.
Tekst 2
Korporaal Siem Heiden en zijn luitenant Van der Houwen hebben op dat moment nog maar 4 uur oorlogvoering achter de rug. Ondanks het succes van de pontonniers, in feite technisch personeel dat niet eens voor de actieve oorlogvoering bestemd is, is de situatie op het eiland van Dordrecht om 9 uur ’s ochtends al vrijwel hopeloos. Het lukt niet om versterkingen naar het eiland over te brengen. De Maas-brug blijft ondanks tegenaanvallen onder Duitse controle. De 650 manschappen op het eiland, waarvan een groot aantal op eigen initiatief is ondergedoken, bieden verder geen weerstand meer. Op zaterdag en zondag lukt het kleine eenheden om met een pont het Dordtse eiland te bereiken. Maar van een geplande tegenaanval is niets gekomen. Zondagmiddag trekt de eerste verkenningseenheid van de 9e Panzer-Divisie Dordrecht binnen, ’s avonds gevolgd door een colonne tanks. Maandag valt het besluit om het eiland te ontruimen. Overste Mussert wordt die dag vermoord door een Nederlandse kapitein, die meent dat de bevelvoerder van Dordrecht als verrader is opgetreden. Ook korporaal Heiden krijgt bericht dat de strijd rond Dordrecht ten einde is.
Tekst 3
Na de oorlog komt voor Siem Heiden de kater. In plaats van de verwachte militaire Willemsorde, die zijn luitenant wel krijgt toebedeeld, moet hij genoegen nemen met een oorlogsherinneringskruis. Bovendien krijgt hij na zijn pensionering in 1970 last van oorlogstrauma’s.