In het fragment stelt Bouterse dat Daal hem de rekening heeft gepresenteerd en dat hij hem ‘contant zal betalen, en het kleingeld mag hij houden’. Dit was een duidelijk bedreiging aan het adres van Daal en het moment dat velen in Suriname, waaronder Lilian Gonçalves, voelden dit als begin van periode van terreur.
Cyrill Daal was in 1982 een van de vijftien mensen die tijdens de decembermoorden door het militaire bewind zijn opgepakt en vermoord.