In 1952 begint Pierre Janssen aan zijn televisiecarrière als presentator bij het programma Kunstgrepen. Kunstgrepen is het allereerste kunstprogramma op de Nederlandse televisie en tevens een groot succes. Pierre Janssen wist de kijker door mateloze nieuwsgierigheid en oprechte passie mee te voeren in de wereld van de kunstvoorwerpen.
Pierre Janssen was als kunstkenner actief in zowel de museum- als in de televisiewereld. Hij begon zijn werk als conservator bij het Stedelijk Museum Schiedam, waar hij ook lezingen gaf. Vervolgens verliet hij het museum om lid te worden van de kunstredactie van het Parool. Waarna hij in 1965 directeur van de Academie van Beeldende Kunsten Rotterdam werd, de huidige Willem de Kooning Academie. Van 1969 to 1982 was hij directeur van het Gemeentemuseum Arnhem.
Pierre Janssen was op 3 juli 1988 de allereerste Zomergast. Hij zei daar: "Ik vind televisie roerend als het snaren raakt." Hij deed deze uitspraak in februari 1998 nog één keer, in het VPRO-programma de Plantage, over zijn lievelingschilderij Paysage près d'Aix avec la tour César van Paul Cézanne, dat ondanks inspanningen van de overheid om het als museumstuk te behouden, verkocht werd aan een particulier.
In 1961 won Pierre Janssen samen met Leen Timp de Zilveren Nipkowschijf voor Kunstgrepen. Dit was de eerste keer dat deze prijs werd uitgereikt.
Uit het allereerste Nipkow-juryrapport:
Aan PIERRE JANSSEN komt de eerste Zilveren Nipkowschijf toe voor de televisiepresentatie van de reeks informatief-documentaire programma's Kunstgrepen. Al was deze Nipkowschijf nooit ter onderscheiding van wat dan ook in het leven geroepen, dan nog had Pierre Janssen er aanspraak op gemaakt. Zelden zag het Gezelschap van Televisiecritici in de afgelopen jaren een presentator, die zo nadrukkelijk aanwezig was. In Kunstgrepen stelde hij zich geheel in dienst van wat hij betoogde. En Pierre Janssen betoogde beeldende kunst. Hij bleek geen uitlegger, geen artistieke wichelaar – een tekort dat men hoog in hem moet schatten. Want deze negatieve omstandigheid maakte hem uitermate geschikt om voor de televisiecamera's iets met kunst te doen. Hij heeft zich erop toegelegd de kunst toegankelijk te maken, weer te vermenselijken. Volgens een bij ons weten oorspronkelijke didactiek, aangepast aan de eisen van televisie, maakte hij de weg vrij voor een persoonlijke identificatie van de kijker met de dramatische reportage, die hij bij voorkeur uit zijn stof samenstelde. Niet in het minst dankzij de originele persoonlijkheid van Pierre Janssen kreeg Kunstgrepen een geladenheid die een waarborg was voor contact met de kijker, voor communicatie in de breedste zin van het woord. Waardering die hem vooral voor dat laatste toekomst, wordt uitgedrukt in de toekenning van de Zilveren Nipkowschijf door het Gezelschap van Televisiecritici.