De vader van Walid Jumblatt, Kamal Jumblatt (1917-1977), was de oprichter van de socialistische partij die zijn zoon nu leidt. Voordat Walid Jumblatt de partijpolitiek inging, stond hij bekend als een playboy, die bovendien een niet-Druzische, Jordaanse vrouw trouwde.
Na de Israëlische inval in Libanon in 1982 klom Jumblatt echter al snel op in de militaire hiërarchie van de Druzen. Een Druzische militie onder leiding van Jumblatt bestormde bij wijze van vergelding zestig christelijke dorpen, waarbij duizenden omkwamen. Na deze gebeurtenissen was zijn positie als voorman van de Druzen onaantastbaar, en dat is ze tot op de dag van vandaag.
Jumblatt is wel eens omschreven als een windvaan: tijdens de Libanese burgeroorlog (1975-1990) wist hij door wisselende coalities aan te gaan steeds aan de winnende kant te blijven. Tot 2000 was hij voorstander van de Syrische militaire aanwezigheid in Libanon, maar na de dood van de Syrische president Hafez al-Assad in datzelfde jaar verliet hij dat standpunt en begon hij te pleiten voor Libanese onafhankelijkheid.
Jumblatts anti-Syrische standpunt plaatste hem de laatste jaren in toenemende mate tegenover de christelijke president Emile Lahoud en de Syriërs en die situatie is na de moord op premier Hariri in februari 2005 alleen maar verder geëscaleerd. De laatste tijd spreekt Jumblatt steeds vaker openlijk zijn vrees uit dat hij de volgende politicus zou kunnen zijn die in opdracht van de Syriërs omgebracht gaat worden.