De Britse Nicholas ‘Nick’ Dunbar (1966) studeerde natuurkunde aan de universiteiten van Manchester, Cambridge en Harvard. Aan Harvard behaalde Dunbar zijn masters in ‘earth and planetary sciences’. Hier kreeg hij onder andere les van de wereldberoemde Stephen Hawking en Stephen Jay Gould. Nadat hij zich bezighield met zwarte gaten, kwantumfysica en het broeikaseffect, is hij door zijn medestudenten geïnteresseerd geraakt in de financiële wereld. Zij konden hun wiskundige vaardigheden daar ook gebruiken, en er viel bovendien veel meer te verdienen dan in de academische wereld. Dunbar besloot financieel journalist te worden. Van 1998 tot 2009 was hij redactielid van Risk magazine, dat volgens Dunbar ook wel de Bijbel van de derivatensector genoemd wordt. In 2005 lanceerde hij Life & Pension, een website die de pensioens-en verzekeringssectoren informeert over nieuwe technieken voor risicomanagement. Dit onderdeel verkocht hij in 2009 aan de eigenaren van Risk magazine.
Nick Dunbar is een van de meest gerespecteerde financiële journalisten uit Groot-Brittannië. Hij schreef in 2003 het eerste geruchtmakende artikel over de Griekse deal van 2001.
Naast talloze publicaties voor Risk magazine, Business Insider, Reuters en Bloomberg heeft Dunbar twee boeken geschreven. Inventing Money (1999), dat de geschiedenis van de financiële markt vertelt en The Devil’s Derivatives (2011) waarin hij ingaat op de recente innovatie in de derivatensector, de rollen van investeringsbanken, beleggers en toezichthouders en de gevolgen daarvan voor de financiële wereld. In 2007 won Dunbar de State Street 2011 Institutional Press Award voor zijn belangrijke bijdrage aan de financiële journalistiek.
Surprise!
In juli 2003 lazen de Griekse regering en Goldman Sachs tot hun grote verbazing een verhaal over de geheime transactie die zij met elkaar gesloten hadden. Het was het artikel van Nick Dunbar in Risk magazine, waar hij toen voor schreef. Hierin legde hij uit wat er precies gebeurd was bij de Griekse deal, en hoe Goldman Sachs een lucratieve ‘helpende hand’ uitreikte bij het kunstmatig verlagen van de Griekse staatsschuld. Het stuk werd niet opgepikt, en zou nog jaren op de plank liggen voordat de internationale media lucht zouden krijgen van de controversiële deal.
Destijds reageerden zowel Goldman Sachs als Christoforos Sardelis, toenmalig hoofd van het Griekse nationale schuldenagentschap (PDMA), met de verklaringen dat ze geen wetten hadden overtreden met hun deal. Eurostat, het statistisch bureau van de EU dat tevens als waakhond voor dit soort praktijken moet dienen, had niet de benodigde macht en middelen om in te grijpen. Daarbij kwam nog dat er daar flink werd gelobbyd door schuldenagentschappen van lidstaten die diep in de schulden zaten om de regels te versoepelen, zodat dergelijke deals mogelijk zouden blijven. Dit lukte. De Europese waakhond bleek dus een muilkorf te dragen, en was niet in staat dit soort handelingen in lidstaten te voorkomen.