Het verhaal leest als een thriller. Op 30 december 2017 vliegt Josh Tetrick, CEO van de Amerikaanse foodstart-up JUST, van San Francisco naar Amsterdam met in zijn koffer een gekoelde doos met een paar stukjes kweekvlees. Dat denkt hij althans. Als Tetrick op Schiphol arriveert blijkt de koffer te zijn achtergebleven in de Verenigde Staten. Foutje van de vervoerder. Op 31 december wordt zijn bagage alsnog afgeleverd. Hoe de koffer langs de douane is gegaan is onduidelijk, maar het kweekvlees, verpakt in droogijs in goede diepgevroren conditie, is in Nederland.
Tetrick wordt op de luchthaven verwelkomd door Ira van Eelen, dochter van de Nederlandse kweekvleespionier Willem van Eelen (1923-2015) en lid van de adviesraad van JUST. Samen gaan ze op 31 december naar het wetenschapsmuseum Nemo in Amsterdam. Daar brengen ze directeur Michiel Buchel één kweekvleesworstje. Ook leveren ze een pond eendenchorizo af bij horecaondernemer Paul Riteco uit Zaandam. Hij wil graag experimenteren met kweekvlees.
Voor Tetrick en Van Eelen betreft het een historische gebeurtenis. Zij hopen, door het kweekvlees nog vóór Nieuwjaar op de Nederlandse markt te introduceren, de nieuwe Europese verordening op novel food voor te zijn. Die wordt op 1 januari 2018 van kracht en bepaalt dat nieuw voedsel dat op de Europese markt komt eerst moet zijn goedgekeurd door het Europese voedselveiligheidbureau EFSA in Parma. Van Eelen en Tetrick hebben uit gesprekken die ze voerden met de Nederlandse overheid begrepen dat ze mogelijk in een overgangsregime zullen belanden, en hun product op de markt kunnen brengen terwijl de aanvraag loopt.