Tegenlicht en de VPRO Gids onderzoeken hoe de economische crisis voor nieuwe mogelijkheden zorgt. Deel 2: door het faillissement van eigenaar General Motors hoopt Saab zijn eigenzinnige ik te kunnen hervinden.
Door Lennart van der Burg
De gemiddelde autoclub zou zijn passie op een zondag als deze, medio januari, in de garage laten staan: het is vies weer, de kleinere wegen zijn nog altijd glad. Maar het Saab Convoy dat vandaag van Soesterberg naar Muiden rijdt, kan niet wachten op zon. Het rijdt nota bene omdat het Zweedse merk zelf in zwaar weer verkeert. De bijna-failliete eigenaar General Motors, dat overleeft dankzij Amerikaanse staatssteun, dient Saab van de hand te doen. Daar zijn de liefhebbers niet rouwig om. Eindelijk kan 'Saab weer Saab worden', en hoeven ze niet langer in 'veredelde Opels' te rijden, zoals Sidney Polak, organisator van het konvooi, de ideale toekomst samenvat.
Even leek de - eveneens Zweedse - autobouwer Koeningsegg de nieuwe eigenaar te worden, maar die deal werd afgeblazen. GM is inmiddels begonnen aan de ontmanteling van Saab. Biedingen stromen nog wel binnen; zowel het Nederlandse Spyker als Formule 1- baas Bernie Ecclestone wilden Saab inlijven. [Inmiddels is natuurlijk bekend dat Spyker Saab overneemt]. Het Support Convoy begon als grap: de organisatoren zouden een taart bakken als er honderd fans kwamen opdagen. Dat is uit de hand gelopen: 575 Saabs rijden mee vandaag, het verzamelpunt op het terrein van het Militair Luchtvaart Museum staat overvol. Veel vaders die hun zoon meenemen, of andersom. Auto's die er niet meer bij kunnen, worden geparkeerd bij de aangrenzende begraafplaats.
Dirk Koppen staat bij een van de oudste Saabs op het terrein te kijken. Niet de zijne, maar Koppen heeft die zelf ook; hij verzamelt Saabs. Het konvooi is te danken aan de compactheid van de groep, vindt hij; bij een groot merk als Mercedes was het nooit gelukt. 'En wij zijn niet de enigen,' valt een Vlaamse liefhebber hem bij, 'van Rusland tot Australië, zelfs in Taiwan, rijden vandaag support convoys. Hier in Nederland waren ze de eersten.' We moeten aan de kant, er probeert iemand een foto te maken van de Saab 92. Koppens aandacht is inmiddels al afgeleid door Willem van der Klis, ooit de oudste Saabdealer van Nederland, nu journalist. Zijn vader begon in 1957 Saab de Snelheid te Amsterdam. Van der Klis heeft goed nieuws: 'Ik heb net Karl Wevers gesproken, de oud-directeur van Saab Nederland, en volgens hem gaan we zeker door. We weten niet wie de koper is, maar dat wordt morgen bekend gemaakt.' Koppen neemt grijnzend een trek van zijn sigaar: 'Er is absoluut nog hoop. Dat zelfs de Formule 1-baas serieus aan het bieden is zegt wat; dat is toch geen domme jongen.' Wrok koestert hij niet richting General Motors; als dat Saab niet had opgekocht, was het allang verloren gegaan - ze maakten twintig jaar geleden al verlies. Maar GM is te veel de Opel-kant op gegaan, het werd vooral massaproductie.'
Plastic
Daar stemt René Hut, die net zijn rode Saab 97 Sonett uit stapt, mee in. 'Er werd ingeleverd op kwaliteit. Wat eerst met leer werd afgewerkt, was nu van plastic.' Wel bleef Saab nog altijd de veiligste auto. Hij heeft thuis vier oude modellen staan. Met het verse nieuws dat Saab waarschijnlijk gered is, kan hij weinig. 'Zoiets zeiden ze ook al tussen kerst en nieuwjaar.' Volgens Hut staat Saabs vooruitstrevende techniek, zoals de turbomotor, de verkoop in de weg. 'GM wil die knowhow binnenshuis houden en voor hun eigen auto's gebruiken.' Joop Hulsbus, eigenaar van Automobiel Bedrijf Soest, vreest het ergste. ?Ik wil het niet, hoop het niet, maar denk wel dat Saab zal verdwijnen. ?Je spreekt al in het verleden,? merkte een nos-radioverslaggever zojuist op.' Dat zijn auto's uiteindelijk meer waard worden, doet er weinig toe.
De steeds groter wordende liefde voor Saab is een virus, vindt Hulsbus. Een virus waar een eigenzinnig publiek vatbaar voor is. Dat vooral intellectuelen erin rijden wil hij niet beamen, maar het zijn toch vooral 'mensen uit de reclame, artsen, notarissen'. 'Ze kiezen bewust voor een auto met karakter. Wie eens een Saab rijdt, rijdt altijd Saab.' Je kunt ze niet eeuwig op de weg houden, weet Hulsbus. Maar laatst heeft hij nog een Saab 99, uit 1968, vanuit het niets weer opgebouwd. Onderdelen die niet meer te krijgen waren, maakte hij zelf. Het konvooi rijdt rond half drie richting Muiden, de oudste Saabs gaan voorop. Al kort na vertrek staat de 25 kilometer lange slinger aan auto's twintig minuten in de file.