● Aanklacht: Het op illegale wijze steunen van een politieke partij.
Begin jaren tachtig bouwde Berlusconi lustig aan zijn media-imperium. Door talloze lokale commerciële zenders aan elkaar te knopen omzeilde hij handig de wet die een landelijk dekkende commerciële zender verbood. De toenmalige premier Craxi was hem goedgezind door te dreigen met een regeringscrisis toen justitie Berlusconi’s zenders plat wilde leggen. Middels een decreet van de regering van Craxi kon Berlusconi doorgaan met zijn commerciële televisie. In 1990 werd dit decreet omgezet in een wet.
Via zijn offshore-bedrijf All Iberian sluisde Berlusconi grote bedragen naar de socialistische partij van Bettino Craxi. De twee hadden een goede band. Craxi is namelijk peetvader van een van Berlusconi’s dochters uit zijn tweede huwelijk.
Vonnis: In eerste instantie werd Berlusconi veroordeeld. Maar tegen de tijd dat de zaak in hoger beroep behandeld werd, was de zaak verjaard. Dit kan iets te maken gehad hebben met de wet op verkorting van verjaringstermijnen die Berlusconi door het parlement had geloosd.
● Aanklacht: Valsheid in geschrifte, omkoping.
Berlusconi’s holding Fininvest wordt ervan verdacht tussen 1988 en 1991 met de boeken te hebben gerommeld. Ook wordt de premier ervan beschuldigd controleurs van de cijfers van Fininvest te hebben omgekocht om zo goedkeuring van de boekhouding te krijgen.
Vonnis: Ook hier werd Berlusconi in eerste instantie veroordeeld. In hoger beroep waren al drie van de vier zaken verjaard. Uiteindelijk moest hij tot de Italiaanse Hoge Raad doorvechten zodat ook de vierde aanklacht wegens verjaring in de prullenbak verdween.
● Aanklacht: Belastingontduiking.
In 1999 heeft Berlusconi weer een aanvaring met de Italiaanse justitie. De magnaat zou bij de koop van een stuk grond voor Villa Macherio miljoenen zwart hebben betaald om zo de belasting te ontduiken.
Vonnis: Bij de eerste behandeling is de zaak al verjaard. Berlusconi vindt dit echter niet genoeg, en vecht door om volledige vrijspraak te krijgen. In hoger beroep krijgt hij amnestie.
● Aanklacht: corruptie, omkoping van de rechterlijke macht.
Berlusconi wilde in 1990 de controle over de uitgever Mondadori naar zich toetrekken, maar raakte verwikkeld in een machtsstrijd met Olivetti-baas Carlo de Benetti, die ook interesse had in een uitgeversconcern. Hij werd uiteindelijk aangeklaagd voor het omkopen van de rechter die in deze zaak uitspraak moest doen.
Vonnis: Het Italiaanse Hof van Cassatie sprak Berlusconi vrij omdat de zaak inmiddels verjaard was.
● Aanklacht: Valsheid in geschrifte.
In zijn tijd als voorzitter van AC Milaan werd Berlusconi aangeklaagd vanwege schimmige zaakjes rond de aankoop van de speler Lentini. Naast de officiële transfersom van 18 miljard lire zou Berlusconi nog eens tien miljard onder tafel hebben betaald. Het zwarte deel van de betaling zou via een Zwitserse bankrekening voldaan zijn.
De Italiaanse regering loodst in augustus 2001 een wet door het parlement waarmee het voor rechters vrijwel onmogelijk wordt gemaakt verdachte geldstromen vanuit andere landen te onderzoeken. Deze wet werkt vooral in het voordeel van Berlusconi; Het gevolg is dat het veel moeilijker is bewijs van buitenlandse rekeningen op te nemen in het proces.
Deze wet heeft wel een klein nadeeltje. Berlusconi’s toezeggingen hard mee te werken in de strijd tegen het terrorisme kan hij niet meer nakomen. Dankzij die nieuwe wet is het erg moeilijk om een aantal vermeende terroristen te veroordelen die zijn opgepakt in Milaan. De bewijsvoering in deze zaak is vooral gebaseerd op internationale geldstromen die de groep aan Osama Bin Laden moet koppelen.
Vonnis: De zaak tegen Berlusconi is inmiddels geseponeerd door de rechtbank in Milaan.
● Aanklacht: corruptie, omkoping van de rechterlijke macht.
In maart 2000 begint een gerechtelijk vooronderzoek naar de beschuldiging dat Berlusconi eind jaren tachtig een rechter omgekocht zou hebben die over de privatisering van het staatsbedrijf SME moest oordelen. Berlusconi’s aartsrivaal Carlo de Benetti wilde SME kopen, had het hoogste bod, maar greep mis toen de rechter alsnog besliste SME in delen aan te bieden.
Ondanks uitgebreide pogingen van Berlusconi ook dit proces een halt toe te roepen, is hem dat nog niet gelukt. Zo wilde de minister van justitie Castelli de rechter die de zaak in behandeling heeft laten overplaatsen. Er volgen zware protesten. Op 2 augustus 2002 keurt het Italiaanse parlement een wet goed waarin een gedaagde de mogelijkheid wordt geboden een rechtszaak naar een ander arrondissement te verplaatsen als bij de verdachte een vermoeden bestaat dat de rechter die zijn zaak behandelt, partijdig is. De wet geldt óók voor alle rechtszaken die al lopen. En, toeval of niet, de wet dekt ook de rechtszaak rond SME.