Hoe zou jij elke dag naar je werk gaan, je sociale leven onderhouden en tot rust komen als je geen dak boven je hoofd hebt?
Hoe belangrijk het is om een fijn thuis te hebben, dat bleek de afgelopen maanden wel tijdens de coronacrisis. Toch gaat die vlieger voor steeds meer mensen niet op. De afgelopen jaren verdubbelde het aantal daklozen tot zo'n 40.000 Nederlanders (een conservatieve schatting). Ook steeds meer Nederlanders met een baan lukt het niet om een betaalbare woning te vinden, en eindigen op straat.
Hoe is dat mogelijk, in een klein en rijk land als Nederland?
De snel groeiende dakloosheid is het resultaat van decennialang overheidsbeleid, zegt stadsgeograaf Cody Hochstenbach. In deze videobrief roept hij minister Kajsa Ollongren, verantwoordelijk voor het woonbeleid, op om aan haar humanitaire plicht te voldoen en de volkshuisvesting weer te omarmen.
Het beleid van de afgelopen jaren, zo zegt Hochstenbach, richtte zich op het inkrimpen van de sociale huurvoorraad om plaats te maken voor een meer commerciële woningmarkt. Een markt waar vooral rijke (buitenlandse) investeerders van kunnen profiteren, maar die voor een steeds groter deel van de Nederlandse bevolking niet meer toegankelijk is.