Op 19 augustus 2003 ontplofte bij het Canal Hotel in Bagdad de fatale autobom die 27 VN-medewerkers het leven zou kosten. Het was de eerste keer in de geschiedenis van de VN dat de organisatie doelwit was van een dergelijke grootschalige terroristische aanslag. Onder de slachtoffers in Bagdad bevond zich VN-topman Sergio Vieira de Mello.

De Mello stond bekend als ervaren 'nation builder' en had een lange staat van dienst opgebouwd als leider van moeilijke missies, zoals de VN-missies in Kosovo, Cambodja en Oost-Timor. In 2002 werd De Mello benoemd tot Hoge Commissaris voor de Mensenrechten in Geneve, ook werd hij genoemd als opvolger van Kofi Annan.

Sinds 19 augustus heeft de VN haar eigen 9/11, zeggen veel VN-medewerkers. Van onpartijdige peacekeeper werd de VN in Irak ineens zelf het doelwit van terreur. Sinds de aanslag in Bagdad is de VN haar onschuld verloren, zo verklaarde Kofi Annan. Wat ging er mis bij de VN-missie in Bagdad, die achteraf gezien misschien wel een onmogelijke missie was?

In Tegenlicht een reconstructie van de VN-missie in Irak, waarin gesprekken met de naaste medewerkers van Sergio de Mello. Zij vertellen hoe de VN door de Veiligheidsraad met een onmogelijk mandaat op pad werd gestuurd en zo in een moeras is terecht is gekomen waar ze niet meer uitkwam. Aan het woord komen onder anderen De Mello's politiek adviseur, de Libanese oud-minister van Cultuur en politicoloog Ghassan Salame, de Britse ambassadeur in Irak, John Sawes en De Mello's woordvoerders Salim Lone en Achmed Fawzi.

Tevens gaat Tegenlicht in op de recente discussie over de rol van de VN bij internationale conflicten. Is de VN 'irrelevant' geworden, zoals de Amerikanen voorafgaand aan de Irak-oorlog hebben verklaard, of is de VN nog altijd springlevend en heeft ze wel degelijk een belangrijke rol te vervullen bij de wederopbouw van Irak?

Regie: Shuchen Tan
Research: Shuchen Tan/Gijs M.Swantee Productie: Nellie Kamer
Eindredactie: Roel van Broekhoven/Doke Romeijn/Frank Wiering