Theo en ik kenden elkaar al jaren, van de voetbalclub waar we beide bestuurslid waren en van de jeugdbibliotheek, waar ik secretaris van was en hij royale schenker van boeken. Maar dat is lang geleden. Ik was dan ook niet verbaasd dat hij mij de kans gaf te investeren in de nieuwe onderneming die hij had opgestart. Mijn vrouw droomde al van het kopen van een huis, maar ik wilde zaken doen. Dat de winkel in elektronica en witgoed nauwelijks winst opleverde was niet aan Theo te wijten. Alle begin is moeilijk. Helaas kwam daar de crisis van begin jaren 80 bij, en gingen we failliet. Alle 6 investeerders raakten hun geld kwijt. We waren niet de enige in die jaren. Gelukkig mocht ik de schuld in veel termijnen afbetalen.
Toen ik werkloos werd gaf Theo mij een baan bij de expeditie van zijn eigen groothandel. Dat had ik niet verdiend en noem ik trouw en vriendschap. Natuurlijk moest je werken voor je geld maar dat is toch logisch, filantropen bestaan niet. Regelmatig bezocht hij de werkvloer en had veel ideeën over hoe het werk beter en sneller kon. Dat moest ook want de concurrentie was moordend en de druk was hoog. Maar Theo was een echte ondernemer en was van alle markten thuis. De nieuwe elektronica winkel die hij opende had het tij wel mee. Nu heeft de winkel al 14 filialen in diverse steden in de omtrek, en er werken 190 mensen. Zijn groothandel werd expeditie van zijn eigen winkelketen. Wat een ondernemer was hij. Natuurlijk had hij ook geluk. Het moment dat zijn vader overleed was goed mazzel. Op het juiste moment kon hij investeren.
Mijn dochter wilde graag studeren, maar daar was geen geld voor. Gelukkig wist Theo raad. Zijn vrouw Ineke was immers ziek geworden. Ze had niet Theo’s ambitie en kwaliteiten, en heeft hem nooit gesteund. Dus kwam onze Anna bij hem werken. In plaats van onderwijzeres van 30 leerlingen waren nu maar 3 kinderen haar zorg. Ineke had veel pijn en was humeurig en achterdochtig. Maar Theo bleef loyaal tegenover haar. Toen Ineke’s ziekte erger en haar jaloersheid te groot werd, regelde Theo een plek in een verzorgingshuis voor haar. Zo werd het werk voor Anna ook lichter. Hij bezocht zijn vrouw daar wekelijks. Iedereen zal zich de roerende woorden herinneren die Theo op haar begrafenis heeft gesproken.
Dat Anna bleef en voor huishouden en kinderen bleef zorgen spreekt voor zich. Dat ze ook gevoelens kreeg voor deze grote man verbaasde mij niet. Dat hij ook haar minnaar werd en haar zo veel respect bewees pleit voor hem. Natuurlijk alleen binnenshuis. In het openbaar hield hij de gedachtenis aan zijn overleden vrouw hoog. Deze trouw naar beide kanten is tekenend voor Theo.
Het was voor mijn vrouw en mij een klap toen Anna vorig jaar opgenomen werd met een zenuwinzinking. Maar natuurlijk ook voor Theo. Gelukkig waren zijn kinderen nu groot. Er kwam hulp in de huishouding om Anna te ontlasten. Maar Anna bleef labiel. Ik kan me best voorstellen dat de kinderen op zichzelf gingen wonen, het was niet altijd prettig met Anna onder een dak te zijn. Vaak ging ik bij mijn dochter langs. Nu ik met pensioen ben onderhoud ik de tuin van ‘Het Nieuwe Huis’ dat hij heeft laten bouwen.
Ik ben vandaag dubbel in de rouw. Mijn dochter wordt onderzocht in het PieterBaanCentrum, en deze grote man is dood. Doodgeschoten met zijn eigen jachtgeweer, door Anna. Mijn hart doet pijn, ik weet niet wat haar bezield heeft. Deze man stond als een rots, hij was trouw en geslaagd in het leven. Zelfs zijn kinderen hebben dit van hem geërfd. Zij hebben Anna reeds opgezocht. Zelf ben ik daar nog niet aan toe. Eerst moeten we waardig afscheid nemen van deze man.
Als jullie boos zijn, of jaloers op hem, ligt dat aan jullie. En val me niet lastig met jullie na-ijver en wrok over wat hij jullie heeft aangedaan. Jullie kunnen niet in de schaduw staan van deze grote man. Denk aan alles wat hij voor onze stad heeft gedaan en nagelaten. Gedenk met respect en droefenis deze man die op het toppunt van zijn leven werd gestopt.