De Russische jacht op de rebellen blijkt effectief: verschillende kopstukken van de islamitische rebellen worden gedood, inclusief oud-leider Dokka Oemarov. De Russische oppressie zaait verdeeldheid onder de rebellen en sommigen besluiten hun toekomst elders te zoeken. Al meer dan 2000 Tsjetsjenen, Dagestanen en Russen vertokken naar de Islamitische Staat in Syrië en Irak.
Maar waarom naar IS? Dat heeft volgens Kemper verschillende redenen: 'Syrië en Irak zijn toegankelijk, omdat er al een flinke Tsjetsjeense diaspora woont. Die bestaat uit vluchtelingen die in de jaren negentig de oorlogen met Rusland in Tsjetsjenië ontvluchtten. Maar belangrijker is misschien wel het doel: ze willen in het Kalifaat wonen. Thuis, in de Kaukasus, zien ze dat niet meer gebeuren.'
Veel Dagestanen en Tsjetjenen zijn door de gevoerde oorlogen in Zuid-Rusland goed georganiseed. Kemper: 'Binnen IS zie je dan ook dat ze op hoge posten terecht komen, IS heeft baat bij de ervaringen van de Kaukasiers.' Daarnaast spreken veel van het Arabisch, doordat na de val van het Sovjet-regime een de Islam in de Kaukasus in een bloeiperiode is gekomen volgens Kemper.
Het emiraat in de Kaukasus bloedt volgens Kemper langzaam dood: ‘Het lijkt het erop dat het Emiraat op den duur verdwijnt of verder verzwakt. Maar ook binnen Tsjetsjenië is verdeeldheid. Er zullen altijd vrijheidsstrijders actief blijven. En Rusland zal blijven vrezen dat de strijders terugkomen.’