Een meisje van honderd vertelt het levensverhaal van Moemie, een meisje dat dingen ziet die anderen ontgaan. Dat is haar gave en haar noodlot. Moemie verliest haar ouders en familie door de rituele zelfmoord van het vorstenhuis op Bali in 1906. De rest van haar leven is ze op zoek naar iets of iemand die het gemis van haar verwanten kan opvullen. Ze wordt opgenomen in een gezin dat haar helderziendheid nodig heeft om geesten uit hun huis te verjagen.
Dit rijke boek voert de lezer langs honderd jaar geschiedenis: van het koloniale verleden, wereldoorlogen, Japanse gevangenenkampen en het onafhankelijke Indonesië tot aan de skypende Indische oma's in het heden. Een boek vol meeslepende passages waarin je de geur van de bloemen in de tuin kunt ruiken, bevolkt door personages die je onmiddellijk dierbaar worden. Marion Bloem vertelt door hun ogen het verhaal van de twintigste eeuw.