Veel Russen komen niet langs officiële wegen aan hun geld; de informele economie bloeit. In de documentaire De champagnedrinkers vertellen voornamelijk taxichauffeurs hoe zij het hebben aangepakt.

Makers van morgen: De champagnedrinkers
Zondag, NPO doc, 17.40-18.35 uur
Donderdag, NPO doc, 23.35-0.25 uur
 
Op haar website vertelt de Russische filmmaker Polina Medvedeva dat haar moeder in 1963 op de geboortedag van Lenin met haar schoolklas uit Pskov naar het standbeeld van de grote Sovjetleider moest marcheren om hem met bloemen eer te bewijzen. De met een rode halsdoek getooide Pioniers waren, hand in hand en in het gelid, meer dan een uur onderweg in de brandende zon, toen ze langs een ijskraam kwamen. Vier meisjes konden de verleiding niet weerstaan en stapten prompt uit de rij, onder wie Medvedeva’s moeder, toen negen jaar oud. Ze werd daarop uitgekafferd en uit de Pioniers gezet. Wie uit de pas loopt, hoort er niet meer bij. Sindsdien heeft ze haar dochter – beiden wonen al jaren in Nederland – vele malen verteld dat ze in geen enkel systeem past of er deel van wil uitmaken.
Een dergelijke houding konden Russen zich ten tijde van het communisme niet veroorloven. Het was zaak formeel gehoor te geven aan alles wat de staat vereiste, maar het was evenzeer nodig de officiële regels te omzeilen, alleen al om in eerste levensbehoeften te kunnen voorzien of een net iets comfortabeler bestaan te leiden. Omdat het systeem schaarste en gebrek niet verhielp (‘Wij doen net of we werken, zij of ze ons betalen’), moest je zelf gaan scharrelen, ruilen en ritselen. De Russen zijn er noodgedwongen bedreven in geraakt.
Ook in de kapitalistische economie van na 1990 komen zulke vaardigheden de Russen van pas. Opeens kregen ze ondanks een diploma geen werk meer en was eigen initiatief en inventiviteit geboden. Ook nu buiten de officiële kanalen om, want de wet- en regelgeving is vaak te restrictief of ontbreekt, terwijl smeergeld en corruptie vaak onvermijdelijk zijn voor wie iets gedaan wil krijgen. 

Inzegening

Gedoogd
Polina Medvedeva, die in Letland en Oekraïne is opgegroeid en nu in Nederland woont, wilde weten hoe die informele of grijze economie in Rusland in elkaar steekt, welke overlevingsstrategieën de gewone man er heeft ontwikkeld. Ze verdiepte zich in het illegale taxiwezen in de middelgrote stad Pskov, niet ver van de grens met Estland. Tijdens taxiritten liet ze de chauffeurs vertellen, filmde hen en het straatbeeld vanaf de achterbank en sprak ook andere inwoners van Pskov aan. Met de documentaire The Champagne Drinkers – ‘Wie geen risico’s neemt, zal geen champagne drinken,’ luidt een Russisch gezegde – studeerde ze af aan het Sandberg Instituut in Amsterdam.
In de openingsbeelden spreekt een van crucifix en wijwater voorziene pope langdurig de zegen uit over een middenklasser waarvan de eigenaar de motorkap opent zodat de geestelijke het motorblok kan besprenkelen. Naast transportmiddel is de auto ook als inkomstenbron van groot belang; volgens een chauffeur is de helft van de autobezitters ook illegaal taxichauffeur. Het is namelijk een onbeschermd beroep. Je koopt een plekje op de standplaats, zet op het dak een taxilicht dat je er bij het begin van de rit natuurlijk weer af haalt, dan nog een mobieltje en een meter en je bent taxichauffeur. De klant belt de centrale van een Russische variant van Uber – er zijn diverse firma’s – en die stuurt Viktor, Oleg, Maxim, Svetlana, Michail, Alexandr, Kiril of Garik op je af, voorafgegaan door een berichtje waarin tijd, plaats, chaufeur, merk en kleur auto, afstand en kosten staan vermeld. Have a nice trip! Het is officieel illegaal, maar net als in andere branches wordt het gedoogd zolang voor de meeste betrokkenen de voordelen groter zijn dan de nadelen, er geen wanpraktijken ontstaan en sommige functionarissen geld onder tafel toegeschoven krijgen. Meestal hebben de chauffeurs, die geen belasting betalen, een reguliere baan en maken ze achter het stuur ‘overuren’ om hun schamele inkomen aan te vullen. Tien procent van hun opbrengst maken ze elektronisch over aan de centrale, geen haan die ernaar kraait. 
Filosofisch
Hun uitspraken en confidenties zijn voor westerlingen die zich onder schaduweconomie weinig kunnen voorstellen onthullend en soms van een hoog filosofisch gehalte.
Neem de vrouw die drie jaar zonder rijbewijs en zonder licht reed, omdat ze het knopje niet kon vinden. ‘Weet je dan wel waar de rem zit?’ vroegen ze.
Of de man zonder illusies: ‘De prijzen zijn gestegen, de lonen gedaald. Misschien vanwege Oekraïne, of de Spelen in Sotsji. Maar daarvoor moet je iets van politiek af weten. Voor mij is het: werken, thuis, gezin en verder niks’. De man die beter weet: ‘In een televisieprogramma rekenden ze uit hoeveel geld het was [dat aan Sotsji was gespendeerd]. Als ze dat aan het volk hadden gegeven, had elk Russisch gezin drie miljoen roebel gekregen.’
De chauffeur die zonder gordel rijdt, omdat hij anders niet snel uit de auto kan komen – talloze collega’s zijn al gestoken of vermoord: ‘De boete bedraagt duizend roebel, maar de politie heeft er wel begrip voor.’
De monteur bij wie vrienden komen uithuilen, zegt dat wanhoop ingebeeld is: ‘Als je iemand elke dag een varken noemt, begint hij aan het eind van de maand te knorren’.
‘Stel je voor, ’ zegt de man met academische opleiding, ‘ik ben nu taxichauffeur. Ik kende een man die plotseling naar het ziekenhuis moest. Hij had een geit, dus leerde ik hoe je een geit moet melken. Wat moet je anders doen?’
‘Weet je hoe de mensen hier geld verdienen? Ze gaan naar het bos, bessen plukken en paddestoelen, zo overleven ze. Iedereen doet het, met bloemen en alles wat in het bos groeit. Je moet alleen niet lui zijn, om vier uur opstaan en aan de slag.’
‘Wie wil werken, zoekt mogelijkheden. Wie dat niet wil, zoekt excuses.’