Zich één voelen met een ander en daarmee met het universum, dat is de favoriete staat van zijn van Tatjana Bozic (1971). Over haar oren in de zevende hemel, door de geaccepteerde psychoseverwante toestand die we verliefdheid noemen. Het begon als kind, toen een jongen lachend haar balkon passeerde, waarna ze weer en weer en weer viel. Op Pavel, op Aleksey, op Frank, op Jacob, op Vjeran. Is het niet om de diepte van hun Russische ziel, dan wel om hun vrije westerse geest. Romantica Bozic laat zich keer op keer meeslepen, geeft alles wat ze heeft en meer, ze past zich aan aan zijn (gedachte) wensen, om op een dag te merken dat ze opnieuw verlaten is. Wat is er mis met mij, wil ze weten, en ze bezoekt een aantal van haar ex’en. Met camera.
Filmmaakster Tatjana Bozic is niets liever dan verliefd. Na de zoveelste verbroken relatie keert ze zichzelf openhartig binnenstebuiten.
Het was een goed idee om tussen alle perikelen door close-ups van willekeurige meisjes en vrouwen te monteren. Want Bozic’ film gaat niet alleen over haar. We groeien allemaal op met sprookjes over die ene en lang en gelukkig samenleven. Hoe verhouden die verhalen zich tot onze gedachten over en verlangens naar vrijheid? Waarom schuift een zelfstandige, getalenteerde, intelligente vrouw als Bozic zichzelf elke keer opzij voor Hem? Happily ever after is smeuïg verpakt inzichtmateriaal over amoureus volwassen worden. Tegengif voor de mythe die vertelt dat we de Ander nodig hebben om ons Een te kunnen voelen met het bestaan.