Ik begreep dat Machteld van Gelder [samen met Agnes de Ruijter verantwoordelijk voor de regie] er vier jaar over heeft gedaan om u over te halen om mee te werken. Waarom bent u uiteindelijk toch overstag gegaan?
‘Machteld heeft er volgens mij wel langer dan vier jaar over gedaan om mij over te halen. Waarom ik aanvankelijk niet wou, is omdat ik zo’n hekel aan filmen heb. Filmen bestaat voornamelijk uit wachten: wachten op het moment dat cameraman en geluidsman en regisseur na eindeloos overleg, scherpstellen, uitlichten, et cetera weer even een scène opnemen. En meestal moet die scène dan nog een keer over. Dat wachten vooral is dodelijk vermoeiend. Ik kan domweg niet lummelen, ik wil de hele tijd in actie zijn. Maar als ik, terwijl Machteld en de cameraman en de geluidsman met elkaar overlegden, ondertussen onkruid uittrok, riep Machteld: “Niet doen, dat willen we filmen!”
Ik heb uiteindelijk toch ja gezegd, omdat Machteld zo bewonderenswaardig en standvastig bleef aandringen. Op den duur ga je je dan toch verbeelden: blijkbaar denkt Machteld dat er iets bijzonders kan ontstaan, dus vooruit, laten we het dan maar doen, en wie weet is dat inderdaad het geval. Of dat ook zo is, weet ik niet, dat is aan de kijker ter beoordeling.’
‘Vorig jaar waren de omstandigheden om te werken door het late voorjaar en de prachtige zomer vrijwel ideaal. Weliswaar konden we pas laat beginnen, maar ik vond dat prettig, want anders waren de draaidagen uitgesmeerd geweest over veel meer maanden. Nu moest alles in kortere tijd gefilmd worden, dus dat scheelde in de wachttijd. Je kon op een dag al van alles doen, omdat de tuinbonen laat waren, maar de kool vroeg, en dat kon dan in één keer.’