Surplace
Woensdag, Canvas, 19.30-20.00 uur
De coureurs zijn terug uit Tenerife, Oman, Qatar en mediterrane contreien, klaar voor een nieuw seizoen, klaar om vervolg te geven aan wat Maarten Ducrot tot vervelens toe ‘het nieuwe wielrennen’ noemde. Met inderdaad minder sponsors, minder dikke contracten, minder tot geen doping, maar meer eerlijke competitie – al zullen voorstanders van ‘zuiver’ wel nooit begrijpen dat wielrennen per definitie oneerlijk is en dat de beste zelden wint.
Liet de NOS vorig jaar Omloop Het Nieuwsblad opeens ethisch bezwaard aan zich voorbijgaan, dit jaar is de seizoenstart opnieuw in beeld gebracht en zagen we ze weer door regen en wind over kasseien- en macadamwegen denderen, met modder besmeurd, over de Muur van Geraardsbergen, gesloopt door Taaienberg, Eikenberg, Molenberg – en dan is het nog vijftig kilometer. De kijker weet: nu is het seizoen echt begonnen. Het gaat daarbij niet alleen om de koers, maar ook om het schrale landschap, seingevers, het vocabulaire van vrt-verslaggevers, het volk langs het parcours, gele vlaggen met de Vlaamse leeuw en de afwezigheid van zoiets als ruimtelijke ordening.
Geen koers zonder entourage, vaak net zo interessant, maar waarvoor de camera geen tijd heeft. Natuurlijk, tijdens de Tour zien we ook velden vol zonnebloemen, luchtopnamen ten behoeve van de VVV en Herbert Dijkstra die zojuist uit het koersboek ingewonnen informatie dwingend reproduceert: ‘Wist je, Maarten, dat dit kasteel in 1269 door de Katharen is gebouwd?’ Maar dat er nog veel meer is, laat bijvoorbeeld Jeroen Wielaert zien in Het Frankrijk van de Tour en Het Vlaanderen van de Ronde, boektitels die voor zich spreken.