Zwarte Cross
Vanaf vandaag
Vijf euro per uur verdienen de vrijwilligers op het festival voor hun eigen club. Goed voor de sociale controle, het gemeenschapsgevoel en het draagvlak in de regio. Jan ten Have, jeugdvoorzitter van de Lichtenvoordense voetbalclub Longa (Lichamelijke Ontspanning Na Gedane Arbeid) is een van hen. ‘Ik denk dat dit voor ons de zesde keer is,’ vertelt hij. ‘Wij staan er met honderd mensen en horen daarmee bij de grotere groepen. Bijna allemaal barpersoneel en een enkele verkeersregelaar. Die honderd vormen ook wel een beetje de kern. Meer kan bijna niet, het is ook vakantie.’
Die honderd hebben ervaring opgedaan in de kantine van Longa?
‘Ja, maar wel aan de andere kant van de bar. Niet iedereen hoeft te tappen. Je hebt meer mensen nodig voor het uitserveren. Alle tappers krijgen een week van te voren nog een cursus van de Zwarte Cross. We staan elk jaar achter een andere bar.’
Allemaal mannen?
‘Nee hoor, er zit ongeveer dertig procent vrouwen bij. We hebben een grote damesafdeling. Bij elkaar levert de Zwarte Cross Longa een kleine 3500 euro op. Een specifiek doel hebben we daar nu nog niet voor, maar een paar jaar geleden is er een nieuwe computergestuurde muziekinstallatie voor de kantine mee betaald. Het is werken, maar altijd gezellig.’
Staan jullie er in Longa-tenue?
‘Misschien wel bij de ek-bar. Daar wordt de finale van 1988 op een groot scherm vertoond, maar dat is op de camping. Achter de andere bars dragen we het zwarte T-shirt van de Zwarte Cross.’
Die mag je zeker houden?
‘Ja, maar je moet hem eerst weer inleveren. Tante Rikie (festivaldirectrice –hh) wast je shirt dan en een paar dagen later krijg je hem weer terug.’
Pardon?
‘Nee, grapje. Je krijg hem gewassen terug, maar ik denk niet dat tante Rikie dat zelf doet. Als je op zondag, de slotdag, werkt mag je hem wel meenemen en houden. Maar op vrijdag en zaterdag moet je hem op het festival laten. Worden ze gewassen en de volgende dag weer uitgereikt. Ach, ik heb daar al zoveel discussie over gevoerd.’
Anders gaat men na drie dagen werken met drie shirtjes naar huis.
‘Of er zijn gewoon niet genoeg shirts.’