Opgericht in de jaren dat reclame door velen als een uitwas van de kapitalistische consumptiemaatschappij werd gezien, moest de Reclame Code Commissie (RCC) burgers en bedrijven een platform bieden om zich te weer te stellen tegen misleiding en onfatsoen. Inmiddels vijftig jaar later is aan die missie niets veranderd. Maar wat betekent dat fatsoen nog in onze hedendaagse heterogene maatschappij? En wat te doen met de eindeloze zee van (sluik)reclame op internet en social media?
Voor wie nooit eerder van het bestaan van het instituut hoorde: het werkt als volgt. Ziet, leest of hoort u ergens een u onwelgevallige reclame-uiting dan schrijft/mailt u de Reclame Code Commissie, waarbij u uw grieven uiteenzet, waarna u ofwel meteen een afwijzend antwoord krijgt (waartegen u in beroep kunt gaan), ofwel een uitnodiging om uw zaak ten overstaan van de Commissie te bepleiten. Heeft u of aangeklaagde met het oordeel dat de Commissie vervolgens uitspreekt geen vrede, dan rest een College van Beroep. En is een klacht eenmaal gegrond verklaard dan wordt de geklaagde partij te kennen gegeven dat hij zijn advertentie beter kan aanpassen of niet meer gebruiken.