Afgelopen maandag, een uur of twee in de middag, speelt zich het volgende af in het leven van ondergetekende.
'Status update interessant genoeg? Check. Toffe foto gepost? Check. Imago nog steeds cool? Cool genoeg, dus check. Nu weg met Facebook. Linksbovenin, kruisje, klikken. Zo, nu ga ik wat doen. Iets nuttigs. Iets productiefs. Vier weken werkloos, 't is tijd voor actie! Op naar een toekomst vol geluk en succes. De wereld ligt aan mijn voeten!' ... Toch?
Valentine is sinds een maand werkloos. Voor Dorst doet ze verslag van deze onverwacht nieuwe levensfase. In deel 2 de zoektocht naar een nieuwe baan. Hoe gaat dat, in tijden van crisis?
straks wordt het helemaal niets meer met mij
Was het maar zo makkelijk. Het starten van de werk-zoek-motor blijkt moeilijker dan gedacht. De wil is er, maar daarmee ben je er vandaag de dag nog lang niet. Ook al heb je een diploma op zak en werkervaring bij interessante bedrijven, dat wil niet zeggen dat je als jonge werkloze zomaar een gave baan kan vinden. Vacatures? Ho maar. De arbeidsmarkt zit hartstikke op slot.
En er is meer dat niet meewerkt. Als werkloze heb je namelijk ook nog eens last van een zee van tijd. Eerlijk is eerlijk, in het begin is dat fijn. Zo kun je immers weer even een klein glimpje van het studentenleven opvangen, inclusief de lange middagen op het terras en nachten doorhalen in het weekend*. Maar in de zee van tijd is het niet altijd feest. Op den duur komen er ook onpraktische, minder leuke zaken bovendrijven. Bij mij is dat de bezigheid 'in spiraaltjes denken'. Herkenbaar? Nee? Dat gaat meestal ongeveer zo:
Feit: Geen leuke vacatures. Daarop volgende gedachten: 'Kut. En nu dan? Kut! Hoe ga ik mijn dromen bereiken? Ik ben geen 18 meer! Er zijn zoveel jongere mensen die al veel meer bereikt hebben dan ik! Ik moet ergens in gaan uitblinken. Maar hoe dan? Pff... Kansloos. Ben ik kansloos? Jong en werkloos. Wat zullen ze wel niet van me denken? Straks wordt het helemaal niets meer met mij.'
Voor je het weet, zit je daar waar je niet wezen moet.
Tijd voor een compromis?
Is dit omdat ik een doemdenker ben? Dat ik mezelf naar beneden denk? Of is er ook een overkoepelende reden? Ik denk het wel. Een reden namelijk, die mijn generatie kenmerkt en waarom ik bij het schrijven van dit stuk ook al dertig keer heb gedacht 'laat maar' en opnieuw ben begonnen. De druk om te presteren; om 'iemand' te zijn en 'iets' voor te stellen. En werkloosheid, daar krijg je nou niet bepaald schouderklopjes voor.
Dit verschijnsel zie je ook goed terug in de ontwapenende documentaire "Alles wat we wilden" (2010), van regisseuse Sarah Mathilde Domogala. Hierin worden vier jonge, creatieve en ambitieuze mensen gevolgd die - net als ik - een glanzend en gelukkig leven lijken te leiden (lees: alles gaat lekker op Facebook). Ze lijken succesvol te zijn op alle fronten, doen er alles aan om de beste te zijn en een cool imago te hebben. Totdat daar op den duur een prijs voor betaald moet worden, bijvoorbeeld in de vorm van angst- of paniekaanvallen.
Gelukkig ben ik zover nog niet, maar nu dat ik werkloos ben, merk ik wel dat de druk om te presteren nog beter voelbaar is. En dat blokkeert. Ik wil namelijk niet zomaar de eerste beste baan aannemen, want wat als het achteraf niet bij mijn talenten blijkt te passen? En ik er dus niet in kan uitblinken? Aan de andere kant wil ik ook niet te lang werkloos blijven, per definitie niet, maar ook wegens mijn imago; stel dat 'ze' denken dat ik een nietsnut ben?
De realiteit heeft het inmiddels een beetje gehad met mijn struisvogelpolitiek. Hij is in mijn achterhoofd begonnen met een zenuwslopend betoog: 'Wat als je ww-uitkering over twee maanden stopt, Valentine? Denk je daar wel over na?' Maar wat moet ik dan doen, lief meneertje keiharde realiteit? Op welke vacatures moet ik dan reageren? Wat nou als tussen droom en daad, daadwerkelijk een crisis staat?
Moet ik mijn verwachtingen bijstellen? Genoegen nemen met minder? Is het tijd voor een compromis? Mijn horizon verbreden? Iets compleet anders gaan doen? Of toch maar een afspraak maken met een geitenwollensok?
Wie oh wie heeft de gouden tip? Ik ben er wel klaar mee namelijk, met in het putje zitten. Weinig inspirerend hier voor een twintiger. Kom maar op met dat emmertje!
* Oh ja, mocht het dus zo zijn dat je op dit moment nog studeert? Dan zou ik je willen aanraden: blijf dat nog lekker even doen. Gewoon uitstellen die hap. Maakt niet uit wat je ouders zeggen. De arbeidsmarkt is een plek waar je de komende twee, drie jaar volgens mij nog maar beter even weg kunt blijven.