Bureau Buitenland onderzoekt deze maand hoe vier Oost-Europese landen bijna een kwart eeuw na de val van de Muur hun eigen democratie vormgeven. Dat gaat met vallen en opstaan. Het vierde en laatste deel van deze serie is komende zondag en speelt zich af in Tsjechie.

Tweede Berlusconi en corrupte premier

In Tsjechië is net een een nieuwe regering gevormd; een coalitie van sociaaldemocraten, de splinternieuwe centrumpartij ANO en christendemocraten. Onder leiding van premier Bohuslav Sobotka moet er na een reeks van intriges en schandalen weer politieke rust en stabiliteit komen in het land.

De politieke instabiliteit komt vooral door een reeks aan corruptieschandalen in het land. Zelfs de voormalige premier Necas werd er van verdacht. Hij trad afgelopen juni af na een spionage en corruptie schandaal binnen zijn regering. Zijn kabinetschef, Jana Nagyova, werd verdacht van omkoping. Ook zou ze de vrouw van de premier hebben laten bespioneren. De chef van de geheime militaire dienst en zijn voorgangers zouden van de spionage af hebben geweten. Corruptie komt dus op alle niveaus en in alle politieke contreien voor. Wat zegt dat over de stand van de democratie in Tsjechië en wat doet het met de generatie die nu aantreedt?

Laura begint haar reportage door op stap te gaan met een groep ondernemers die op hun eigen manier een slaatje uit al die corruptie schandalen slaan. Voor toeristen en nieuwsgierigen organiseren ze de zogeheten 'corrupt-tour' , een route langs de plekken in de Tsjechische hoofdstad waar zich de afgelopen jaren corruptieschandalen hebben afgespeeld.

In de reportage maakt Laura Postma een rondgang langs verschillende politieke partijen. Ze bezoekt de jongste partij van Tsjechie: Ano ofwel Ja die dus straks ook mee gaat regeren. Opgericht en gerund door de op twee na rijkste man van het land, mediamagnaat Andrej Babis, de Berlusconi van Tsjechië. Vooral dankzij de stemmen van jongeren werd zijn partij bij de verkiezingen afgelopen oktober de op een na grootste van het land. Maar waarom trekt juist deze partij de jongeren aan? En waarom trekken nog steeds zoveel jongeren naar de communisten? 

 

achtergrond:Politieke situatie in Tsjechie

De politieke situatie in de Tsjechische Republiek wordt de laatste jaren gekenmerkt door grote instabiliteit. Nadat in augustus 2013 een zakenkabinet van de partijloze Jiri Rusnoki, een bondgenoot van president Milos Zeman, geen parlementair vertrouwen kreeg, zijn in oktober verkiezingen gehouden. Hierbij is de sociaaldemocratische CSSD de grootste partij geworden. In december 2013 werd een coalitie gevormd van sociaaldemocraten, de centrumpartij ANO en christendemocraten met als premier Bohuslav Sobotka. Het nieuwe kabinet treedt in januari 2014 aan.

Van juli 2010 tot juli 2013 regeerde een centrumrechts (liberaal) kabinet onder leiding van ODS-leider Petr Necas, waaraan ook de rechts-nationalistische partij 'Publieke Zaken' deelnam. Bij de verkiezingen van 2010 hadden zowel de sociaaldemocraten als (conservatief-)liberalen (ODS) verloren. De in 2009 gevormde rechts-liberale partij TOP was toen de grote winnaar. In juni 2013 bood premier Necas zijn ontslag aan vanwege een corruptieschandaal.

Na de splitsing van Tsjecho-Slowakije op 1 januari 1993 werden aanvankelijk centrumrechtse kabinetten gevormd met Václav Klaus als premier. De verkiezingen van 1998 brachten de sociaaldemocraten aan de macht. Milos Zeman vormde een kabinet. Hij werd in 2002 opgevolgd door zijn partijgenoot Vladimir Spidlai, die in november 2004 eurocommissaris werd.

Na twee sociaaldemocratische kabinetten kwam na de verkiezingen van 2006 centrumrechts aan het bewind. ODS-leider Mirek Topoláneki werd toen premier van een liberaal minderheidskabinet. In januari 2007 werd een kabinet van liberalen, christendemocraten en (liberale) groenen gevormd, maar dat kwam in oktober 2009 ten val. Tot 2010 regeerde vervolgens een kabinet van technocraten onder leiding van Jan Fischeri.
(Bron: Europa Nu)

eerder uitgezonden delen

  • Verder nog in Bureau Buitenland: Colombia

    Wat moet er gebeuren met de zware misdaden tegen burgers, begaan tijdens het langdurige gewapende conflict in Colombia? Dat is de grote vraag waarvoor de Colombiaanse regering en guerrillabeweging Farc staan.
    De partijen proberen al ruim een jaar in de Cubaanse hoofdstad Havana een einde te maken aan 50 jaar gewapend conflict.
    Het volgende punt op de agenda gaat over de bestraffing van zowel guerrillacommandanten als van militairen.
    Hoe groot is het gevaar dat de partijen hun misdaden tegen elkaar wegstrepen?
    Zuid-Amerika correspondent Edwin Koopman legt uit.