Argos
Sociale vernieuwing in de Indische buurt
Deze week debatteerde de Tweede Kamer over de voortgang van de 'sociale vernieuwing'. Minister Dales stelde dat de sociale vernieuwing nog steeds een speerpunt van het kabinetsbeleid is. Argos toetste de intenties van Dales aan de praktijk in de Indische buurt in Amsterdam.
Wat speelt er zich af achter de door de sociale vernieuwing gefacelifte voorgevels?
Inleidende teksten:
Tekst 1.
Dat was minister Dales van Binnenlandse Zaken afgelopen woensdag. De Tweede Kamer debatteerde deze week over de voortgang van de sociale vernieuwing.
De Sociale Vernieuwing. Na velen jaren van kille bezuinigingen, die vooral aan de onderkant van de samenleving hard aankwamen, presenteerde het kabinet in 1990 met veel fanfare haar sociale gezicht, de sociale vernieuwing. Er moest wat gebeuren aan de sociale gevolgen van de langdurige werkloosheid, het sociale isolement waarin veel mensen terecht waren gekomen. Al was het maar om gettovorming en onbeheersbare openbare orde problemen te voorkomen. De rellen in Brixton en Brussel hadden de bestuurders aan het schrikken gemaakt. Volgens de critici is de sociale vernieuwing niet meer dan een schaamlapje, om de toenemende ongelijkheid in de samenleving te camoufleren.
In juni van dit jaar concludeerde het Sociaal en Cultureel Planbureau dat de sociale vernieuwing zich voornamelijk beperkt tot bestuurlijke resultaten, raporten vol beleidsplannen, convenanten en organisatorische veranderingen. Een nieuw speeltje voor de ambtenaren, maar de burgers waar het allemaal voor bedoeld was hebben nog niet veel gemerkt van de veranderingen, aldus het SCP. Daarom pleitte verschillende Kamerleden, maar ook de Nederlandse Vereniging van Gemeenten, deze week bij Dales voor een vereenvoudigde aanpak en een grotere rol voor de Gemeenten. Immers, alleen kleine projekten, dicht bij de mensen waar het om gaat, hebben kans van slagen.
Ondertussen lijkt het aanvankelijke elan waarmee de Sociale Vernieuwing werd ingezet alweer verdrongen door nieuwe modieuze kreten als burgerzin en het geloof in de heilzame werking van het vergroten van de inkomenverschillen. In ieder geval is het geloof in de politiek door de sociale vernieuwing niet toegenomen.
tekst 2.
Afgelopen dinsdag protesteerde de kerkelijke basisbeweging 'De arme kant van Nederland' luidruchtig op het Binnenhof.
Maar als we minister Dales deze week moeten geloven dan is de sociale vernieuwing nog steeds springlevend. Daarom is het de hoogste tijd voor een toetsing aan de praktijk. Argos verslaggeefsters Marwil Straat en Irene Houthuys wandelde in de afgelopen weken door de Indische buurt in Amsterdam-Oost.
Woensdagochtend, kwart over negen, de 2e atjehstraat. Een groepje van drie straatvegers, uit het raam hangt een vrouw in roze duster.
tekst 3.
Sociale vernieuwing in de Indische Buurt in Amsterdam. Een extra schoonmaakploeg veegt de straat schoon.
Maar er werd meer gepland in het kader van de Sociale Vernieuwing. Wat extra geld voor het onderwijs,wat exztra geld voor het welzijnswerk, wat werkgelegenheidsprojekten. Het was dan ook hard nodig. Jarenlang was deze buurt immers het schoolvoorbeeld van een probleembuurt. Een uithoek waar je niet kwam als je er niet moest zijn. Hoge werkloosheid, veel mensen die moeten leven van een uitkering. Een buurt met slechte woningen en vieze straten.
Sinds de komst van de extra schoonmaakploeg, de buurtconcierge, de woonconsulent en de straatmanager lijken de meeste straten weer op orde. Op de roze en geelgeschilderde balkons van de nieuwbouwblokken hangt ordelijk de was te drogen.
tekst 4.
"Mensen moeten weer in het gareel. Ze moeten zich weer verantwoordelijk voelen voor hun straat", aldus dreunt de mentor van de veegploeg conform de beleidsnota's op. Maar is dat reeel in een buurt waar de meeste bewoners elkaar niet meer kennen. Waar veel mensen volstrekt langs elkaar heen leven. Als we het onderwerp in het oerhollandse cafe Insulinde ter sprake brengen is de reactie duidelijk.
tekst 5.
Donderdagmiddag.
Meneer Visser (nw) woont al tien jaar in de Balistraat. Zijn benedenwoning is klein en donker. De oude zwart-wit televisie waarop vandaag de algemene beschouwingen voorbijtrekken, staat zachtjes aan. Op tafel een gedemonteerde, kapotte stofzuiger. Visser is 54 jaar maar ziet er stukken ouder uit. Met trillende handen rookt hij het ene zware shaggie na het andere. Hij drinkt koffie uit een glazen bierpul. De deur komt hij nog maar nauwelijks uit, maar wat heeft ie er ook te zoeken? Hij kent toch vrijwel niemand meer in deze straat.
Tekst 6.
Meneer Visser leeft al jaren van een WAO-uitkering en het ziet er naar uit dat dat zo blijft. Hij is niet de enige. De stadsvernieuwing gaf de buurt wel een beter aanzien maar het kon een uittocht van de oorspronkelijke bewoners niet verhinderen. Wie weg kon vertrok naar Lelystad of Almere. De WAO'rs, de ouderen met een AOW-uitkeringen, de werklozen bleven achter. De opengevallen plekken werden ingenomen door allochtonen.
De bevolking van de Indische buurt bestaat nu voornamelijk uit mensen die maar net de eindjes aan elkaar kunnen knopen, die geen uitzicht hebben op betaald werk.
tekst 7.
Vrijdagmiddag, vier uur.
Clubgebouw De Kindervreugd. Buurtbewoner Jan Vermij loopt de deelraadwethouder voor sociale vernieuwing, Petra van Maastrigt tegen het lijf. Hij grijpt de gelegenheid aan om haar nog eens in te peperen dat haar sociale vernieuwing niets verbetert aan de positie van werklozen en WAO'ers zoals hij.
Tekst 8.
Vanuit het clubgewbouw, en de gloedvolle pleidooien voor een fatsoenlijk bestaan voor iedereen, zijn we weer op straat beland.
De Dappermarkt. Het is kwart over vijf. Marktkooplui laden hun vrachtwagens in, kraampjes worden door potige jongens uit elkaar gehaald en met wagentjes afgevoerd. Achter de half afgebroken marktkramen liggen stapels dozen, plastic zakken en groentenkistjes.
Een Turkse man zit op zijn hurken voor een enorme berg kistjes. Hier en daar steken wat preistronken uit de stapel. Een rotte tomaat in de goot. De man steekt zijn hand tussen de rotzooi.
Tekst 9.
Houd je ogen en oren open, zeggen de hulpverleners uit de buurt tegen ons. Dan zie je hoe het werkelijk gaat met de mensen. Let op de kleren die ze dragen, de schoenen. Luister naar wat ze elkaar vertellen, op de bankjes in het park. Maar de gesprekken verstommen zodra er een microfoon in zicht komt.
Een medewerkster van de wijkpost voor ouderen vraagt op ons verzoek, mensen of ze over hun moeilijke financiele positie willen praten. Tevergeefs. Ook andere hulpverleners lukt het niet. De schaamte is te groot.
Tekst 10.(na bel starten, over decor heen)
Uiteindelijk lukt het toch. In een van de mooiste straten van de Indische Buurt, de Batavia, wonen mevrouw en meneer Molenaar. Meneer Molenaar, bijna tachtig, is herstellende van een hartoperatie. Hij en zijn vrouw maken zich zorgen.
Tekst 11. (Over dekorstaart B.5.)
Dinsdagavond, zes uur. Mensen druppelen binnen in de Elthetokerk in de Javastraat. Acht gedekte tafels staan klaar. Voor 5,50 kan iedereen aanschuiven. Voor diegene die het echt niet kunnen betalen, knijpt de mevrouw die de kas beheert een oogje toe.
Tekst 12.
Het lijkt wel of alleen de kerk zich het lot van deze mensen nog aantrekt. Voor de bejaarde vrouw die niet meer naar de klaverjasclub kan omdat ze de gulden voor de wijkbus niet meer kan opbrengen, wordt wat geregeld. Een jonge WAO-er die geen geld heeft voor het openbaar vervoer, wordt verrast met een fiets. En de man die zijn deur niet meer uitkomt, krijgt bezoek van de dominee.
Tekst 13.
De kerkelijke noodfondsen die jarenlang een sluimerend bestaan hebben geleid, zijn weer vollop actief. Zij spelen een belangrijke rol bij schuldsanering. Dat is hard nodig want uit recent onderzoek van het FNV blijkt dat 1 op de 3 huishoudens met een minimum inkomen schulden heeft. Het gaat hierbij om grote bedragen, gemiddeld 5688 gulden.
tekst 14.
Woensdagmiddag, half twee.
Maatschappelijk werker Jan Eelman (nw) ontvangt, in zijn kale kantoortje, client mevrouw Laagveld. Ze heeft een schuld van 20.000 gulden en haar inkomen wordt beheerd. Samen bekijken ze iedere week wat er moet gebeuren om de schuldeisers van het lijf te houden.
Tekst 15.
Mevrouw Laagveld verfrommelt zenuwachtig een envelop. Gisteren kreeg ze weer een aanmaning. Mevrouw Laagveld is strak gebudgetteerd. Met haar twee kinderen heeft ze nog maar 200 gulden vrij te besteden. Na de dood van haar tante vorige week heeft ze in paniek een begrafenisverzekering afgesloten.
Tekst 16.
Jarenlang was mevrouw Laagveld bijstandsmoeder. Om rond te komen stak ze zich in de schulden. Toen ze als bejaardenverzorgster ging werken gaf ze dat niet door aan de sociale dienst. Eindelijk een kans om van mijn schulden af te komen, dacht ze. Maar de sociale dienst ontdekte het snel en vorderde de uitkering terug. Vanaf toen ging het bergafwaarts.
tekst 17.
Mevrouw Laagveld is niet de enige client van maatschappelijk werker Jan Eelman. In zijn kantoor aan het Javaplein gaat voortdurend de telefoon. Er zijn zoveel mensen met schulden, hij komt niet meer aan zijn andere werk toe. 700 mensen per jaar met ernstige schuldenproblemen, alleen al in de Indische buurt. Zoals
Tekst 18
Vanuit het raam van het maatschappelijk werk is de extra veegploeg te zien. Een straatveger gooit een verloren vuilniszak in zijn karretje en rijdt uit de schone straat weg. Het meest tastbare bewijs van sociale vernieuwing dat de verslaggevers tot nu toe hebben gezien.
Tim Joose, de directeur van het maatschapopelijk werk in Amsterdam Oost.
tekst 19
Vrijdagmiddag.
Het clubgebouw van speeltuinvereniging De Kindervreugd is door de plaatselijke afdeling van de Partij van de Arbeid afgehuurd voor een speciale bijeenkomst. De beheerder zet de laatste van de 200 stoelen klaar. Buurtbewoners druppelen langzaam binnen. Ze verwachten Felix Rottenberg en ze zijn er helemaal klaar voor. Maar dan...