Argos
Roma-zigeuners
De 'fluwelen revolutie' bevrijdde de Tsjechen in 1989 van de communistische dictatuur. Tegelijkertijd maakte dit de weg vrij voor openlijk racisme tegen Roma-zigeuners. Aanvallen door skinheads, soms openlijk gesteund door politiefunctionarissen, leidden tot tientallen doden in de afgelopen jaren en een groot aantal vluchtelingen. Vandaag buigt de mensenrechtencommissie van de Verenigde Naties zich in Genève over dit probleem. In Argos berichten over de situatie van de Roma in Tsjechië en in Nederland. Waarom komen gevluchte Roma hier niet in aanmerking voor een vluchtelingenstatus? Wat zijn de implicaties voor de onderhandelingen over de toetreding van Tsjechië tot de Europese Unie?
Aansluitend: Interview van Gerard Legebeke met GroenLinks Kamerlid Femke Halsema over het asielbeleid.
-----------
Samenvatting:
Argos over de situatie van de Roma-zigeuners in Tsjechië en in Nederland. De 'Fluwelen revolutie' bevrijdde de Tsjechen in 1989 van de communistische dictatuur. Tegelijkertijd maakte dit de weg vrij voor openlijk racisme tegen Roma-zigeuners. Aanvallen door skinheads op de Roma, soms openlijk gesteund door politiefunctionarissen, leidden tot tientallen doden in de afgelopen jaren en een groot aantal vluchtelingen. De mensenrechtencommissie van de Verenigde Naties buigt zich in Genève over dit probleem.
In het programma aandacht voor vragen als: waarom komen gevluchte Roma in Nederland niet in aanmerking voor een vluchtelingenstatus en wat zijn de implicaties voor de onderhandelingen over de toetreding van Tsjechië tot de Europese Unie.
De reportage bevat vraaggesprekken hierover met:
- advocaat L.J. Benders, gespecialiseerd in Roma-vluchtelingen uit Oost-Europa;
- Anton Kureja, Roma vluchteling uit Tsjechië die in 1992 na een aanslag naar Nederland vluchtte en asiel aanvroeg (met voice-over vertaling);
- Desider Slepcic, Roma die getuige was van een demonstratie van ongeveer 500 skinheads door het centrum van Praag (met voice-over vertaling);
- Josephine Verspaget, voorzitter van de expertgroep Roma/Gipsy’s van de Raad van Europa;
- Theo van Boven, hoogleraar Internationaal Recht aan de Universiteit van Maastricht (telefonisch);
- Jiri Slepcic, Roma-vluchteling uit Tsjechië (met voice-over vertaling);
- Alexander Draskovic, Roma-vluchteling uit Tsjechië (met voice-over vertaling);
- Dhr. Scheltema, adviseur van Max van der Stoel, hoge commissaris voor nationale minderheden (telefonisch);
- Dhr. Wegter, woordvoerder van commissaris Van den Broek van de Europese Commissie (telefonisch).
Aansluitend een kort vraaggesprek met GroenLinks Tweede Kamerlid Femke Halsema over de verwaarlozing van de belangen van de Roma door Tsjechië, de mogelijke consequenties hiervan voor de toetreding van Tsjechië tot de EU en de toekenning van de vluchtelingenstatus aan Roma die in Nederland asiel aanvragen.
Het programma bevat verder een nagespeeld gesprek met medewerker Wychers van de Nederlandse Ambassade in Praag; een impressie van de nieuwjaarsviering van 1990 op het Wenceslasplein in Praag, waar het onder het communisme verboden oude volkslied gezongen wordt; een fragment van een televisietoespraak door president Vaclav Havel (met voice-over vertaling) en een voorgelezen verslag uit een Tsjechische krant van de demonstratie van de skinheads.
------------
Inleidende teksten, misschien niet volledig:
Tekst 1:
De ‘fluwelen revolutie’ bevrijdde de Tsjechen in 1989 van de communistische dictatuur. Tegelijkertijd maakte dit de weg vrij voor openlijk racisme tegen Roma-zigeuners. Aanvallen door skinheads, soms openlijk gesteund door politiefunctionarissen, leidden tot tientallen doden in de afgelopen jaren en een groot aantal vluchtelingen..
In Argos berichten over de situatie van de Roma in Tsjechië en in Nederland. Waarom komen gevluchte Roma hier niet in aanmerking voor een vluchtelingenstatus? Wat betekent de schending van de mensenrechten in Tsjechië voor de onderhandelingen over de toetreding van Tsjechië tot de Europese Unie?
Tekst 2
Praag. De eerste jaarwisseling in het vrije Tsjecho-Slowakije na de fluwelen Revolutie.
Ben uitzinnige menigte dromt samen op het Wenceslasplein. Met het ontkurken van de champagneflessen, ontluikt de nieuwe vrijheid. V oor het eerst in het nieuwe jaar wordt het oude tot dan toe verboden volkslied gezongen.
Tekst 3:
De verwachtingen zijn hoog. Zeker nu Havel de nieuwe President wordt.
De volgende dag zet Havel in zijn nieuwjaarsboodschap de toon voor het nieuwe tijdperk dat Tsjecho-Slowakije – dan nog één land – te wachten staat. Miljoenen Tsjechen en Slowaken zitten gekluisterd aan het televisiescherm. Onder hen ook de groep van ruim 300.000 zigeuners oftewel de Roma.
Citaat Toespraak Havel (Over Tsjechisch heen dubben)
Lieve medeburgers, drie dagen geleden werd ik door U tot President van deze Republiek gekozen. Terecht verwacht U van mij dat ik U de taken noem die ik mij als President stel
Ik zal alles op alles zetten om te zorgen dat er spoedig vrije verkiezingen komen. Voorts zal ik alles ondersteunen, dat tot een betere positie leidt van kinderen, bejaarden, rouwen, zieken, leden van minderheidsgroepen en van alle burgers die het om wat voor reden ook moeilijker hebben dan anderen. Misschien vraagt U zich af van wat voor Republiek ik droom. Ik zeg U: ik droom van een republiek van veelzijdig gevormde mensen. Want zonder hen kunnen we onze menselijke, economische, ecologische, sociale en politieke problemen niet oplossen..
Sta mij toe dat ik mijn eerste rede eindig met een parafrase van een uitspraak van mijn belangrijkste voorganger: President Masaryk:
Uw regering, mensen, is tot U terug gekeerd.
Tekst 4
Tsjechië: vijf jaar later. 18 mei 1995. Een bericht uit Tsjechië van Volkskrant-correspondent Cees Zoon.
“Vier jongemannen trappen de deur van een flatgebouw in. Ze dringen een flat binnen, waar zij met een bijl het meubilair vernielen. Als de bewoner hen probeert te stoppen, wordt hij ten overstaan van vrouw en vijf kinderen met een honkbalknuppel doodgeslagen. Na de ruiten in flat te hebben verbrijzeld, trekt het viertal naar de disco om met geestverwanten de vrolijke avond voort te zetten. De locatie van de moord is: Zdar nad Savazou, een dorp in Zuid Tsjechië.
De moordpartij vindt plaats enkele uren nadat president Havel bij het dorpje Lety het eerste monument heeft onthuld ter nagedachtenis aan de 6000 Tsjechische zigeuners, die in de oorlog zijn uitgeroeid. De daders zijn Skinheads. Het 43-jarige slachtoffer is een man die niet meer op zijn geweten heeft dan zijn afkomst: hij is zigeuner.”
Tekst 5
Het incident in Zuid Tsjechië is de zoveelste uitbarsting van bruut geweld tegen zigeuners na de optimistische toespraak van president Havel in 1990.
Onder het communisme hadden het de Roma het relatief beter. Ze hadden werk en daarmee inkomen. Uitingen van racisme en discriminatie werden door de communistische machthebbers niet getolereerd. Maar de vrijheid die de Tsjechen met hun fluwelen revolutie verworven maakte ook ongewenste krachten in de samenleving vrij. De latente haatgevoelens tegenover de Roma zigeuners uitte zich in een aaneenschakeling van racistische incidenten.
De uitingen van geweld volgen meestal een geijkt patroon. Groepen Skinheads stormen brutaal de woningen van Roma binnen en bedreigen en handelen de bewoners. Dit overkwam ook de familie Cureja in 1992 in hun woning in een voorstadje van Pardubice:
Tekst 6
Als hun jongste dochter enige tijd later op straat wordt aangevallen is de maat voor Anton Cureja vol. Hij vlucht met zijn gezin naar Nederland en vraagt asiel aan. Die asielaanvraag wordt afgewezen. Terug in Pardubice blijkt het geweld van de skinheads verder te zijn geëscaleerd. Bij een aanval op een woning van een neef van Anton Cureja is een skinhead omgekomen. Op wraak beluste skinheads organiseren een demonstratie. De burgemeester maakt bekend dat hij weinig kan doen om de Roma te beschermen. Want op diezelfde dag worden de oude Tsjechische bankbiljetten verruild voor nieuwe. Daar heeft de gemeente haar handen vol aan.
De meeste Roma verschansen zich in hun huizen maar Desider Slepcic, de neef van Anton Cureja, waagt zich naar buiten.
Tekst 7
De dag na de demonstratie doet de plaatselijke krant “Pardubicke Noviny” verslag van het tumult in de stad.
“Rond twaalf uur begon de stoet aan haar mars door de stad. Bijna alle hoogwaardigheidsbekleders van de gemeente keken toe. De burgemeester zelf klom op de borstwering van een winkel om beter zicht te hebben. Rond één uur ‘s middags liep het uit de hand. De skinheads gingen eerst naar de Hlavacova-straat, waar in december hun collega was doodgeschoten. Daar vernielden ze enkele huizen van Roma. De politie was afwezig. Idem dito in de Visnovcestraat. Daar vielen de skinheads rond twee uur de Romabewoners met straatstenen aan. Een gewonde Rom werd naar het ziekenhuis afgevoerd. Het is verbazingwekkend dat de politie deze locaties niet heeft beveiligd.”
Tekst 8
In mei 1993 klopt Anton Kureja voor de tweede maal aan voor asiel in Nederland. Desider Slepcic, zijn neef, vlucht ook met zijn gezin naar Nederland. Justitie beschikt afwijzend.
Ze worden niet als vluchteling beschouwd omdat, volgens justitie, niet is gebleken dat beide gezinnen niet kunnen rekenen op bescherming van de Tsjechische autoriteiten. Kureja en Slepcic hebben heel andere ervaringen met de Tsjechische politie. Dat wordt bevestigd in een rapport van Amnesty International in 1995.
Amnesty International maakt zich ernstige zorgen over de stelselmatige discriminatie van en het aanhoudende geweld tegen Roma in verschillende Oost- en Midden Europese landen. Er is geen sprake van geïsoleerde incidenten. In veel landen worden Roma regelmatig het slachtoffer van mishandeling door de politie. De politie maakt zich niet alleen rechtstreeks schuldig aan geweld, maar kan door gebrekkig optreden tegen geweldplegers ook medeverantwoordelijk gehouden worden voor een groot deel van het geweld tegen anderen”
Tekst 9
Kureja en Slepcic gaan in beroep. Een moeizaam proces van touwtrekken met Justitie volgt. Uiteindelijk krijgt Kureja een vergunning van verblijf op humanitaire gronden, de zogenaamde C-
status, omdat mevrouw Kureja ziek is. Advocaat Benders vertelt hoe het verder ging met Slepcic.
Tekst 10
De laatste jaren blijven grote groepen Roma Tsjechië ontvluchten. Vorig jaar vroegen 176 Tsjechen asiel in Nederland. Want de discriminatie van de Roma in Tsjechië blijft doorgaan. Dat constateert Josefien Verspaget, voormalig lid van de Tweede kamer voor de Partij van de Arbeid, en nu voorzitter van de expertgroep Roma-gipsy’s. Deze commissie onderzoekt de situatie van de Roma in opdracht van de Raad van Europa. Ze bezoekt Tsjechië regelmatig.
Tekst 11:
Behalve door de Raad van Europa wordt de situatie in Tsjechië ook kritisch gevolgd door de Verenigde Naties. In Geneve vergaderde eergisteren de commissie ter bestrijding van racisme en discriminatie van de Verenigde Naties met vertegenwoordigers van Tsjechische overheid over de situatie van de Roma. Lid van die commissie is Theo van Boven. Hij is hoogleraar Internationaal Recht aan de universiteit van Maastricht. Een jaar geleden vergaderde dezelfde VN-commissie ook al over de problemen in Tsjechië.
Tekst 12
Twee jaar geleden vluchtte een groot aantal Roma naar Canada en Oostenrijk. Maar toen ook daar de mogelijkheden om asiel te krijgen beperkt werden, nam het aantal Roma-asielzoekers in Nederland toe. Onder hen Jirzi Slepcic, familie van Desider Slepcic, die inmiddels in Canada verblijft. Jirzi Slepcic woonde ook in Pardubice. Uit boosheid over de dagelijkse discriminatie die Jirzi en zijn gezin ondervonden, werd hij actief in de R.O.I., een politieke beweging van de Roma. Voor die partij bezocht hij winkels en restaurants die Roma stelselmatig de toegang ontzeggen. Die acties werden hem niet in dank afgenomen.
Tekst 13
De gebeurtenis waar Jirzi op doelt, staat beschreven in het Nader Gehoor, dat een ambtenaar van de Nederlandse Immigratie- en Naturalisatiedienst hem op 19 november 1998 afnam.
“Op 2 februari, rond tien uur ‘s avonds, stond ik op het balkon te roken. Mijn zuster was in de badkamer. De kinderen sliepen al. Mijn vrouw zat TV te kijken. De straat waar ik woon is tamelijk rustig.
Toen hoorde ik iemand “Sieg Heil” roepen. Ik zag dat meerdere mensen onze kant op kwamen. Ik heb het oudste meisje aan de hand genomen. Mijn vrouw nam ons jongste kind. We brachten ze snel naar de kelder. Toen ik weer boven kwam, waren ze al binnen. Een man of vijf. Ze begonnen me te slaan en sloegen alles kapot in huis. Ik werd naar de keuken getrokken en moest knielen. Ze begonnen te dreigen: als ik niet stopte met mijn activiteiten en uit Tsjechië zou verdwijnen, dan werden ik en mijn gezin vermoord. Een van hen richtte een pistool op me. Ik dacht dat hij mij wilde neerschieten. Toen kreeg ik een klap op mijn hoofd en viel flauw. Wat er verder is gebeurd weet ik niet. Ik weet alleen dat mijn neef is gekomen. Die bracht ons met zijn auto naar het ziekenhuis.”
Tekst 14
Bij de aanval op zijn huis herkende Jirzi een politiefunctionaris. Om die reden durfde hij geen aangifte te doen. Hij zocht contact met de minister voor nationale minderheden van Tsjechië, Vladimir Mlynar. Enige tijd later ontving Jirzi Slepcic de volgende brief van de minister.
“Geachte heer Draskovic,
Uw schrijven heb ik met belangstelling gelezen. Het oplossen van het probleem van het samenleven van burgers van verschillende nationaliteiten is een zaak van lange adem. Het is voornamelijk een taak van onze gehele samenleving om tolerantie te leren betrachten tegenover iedereen, die op welke manier dan ook afwijkt van de meerderheid van de bevolking. Ikzelf probeer een zodanige politiek te voeren, dat deze gelijke levenskansen benadrukt voor iedereen , ongeacht zijn nationaliteit, en ik attendeer op de noodzaak van een gedegen onderzoek en vervolging van alle strafbare feiten met een racistische achtergrond.
Hoogachtend,
Vladimir Mlynar/ (Minister van de Tsjechische republiek)”
Tekst 15
Na dat antwoord verloor Slepcic zijn laatste vertrouwen in de Tsjechische overheid. Hij vluchtte naar Nederland. Zijn asielaanvraag werd onmiddellijk afgewezen.
“citaat: de staatssecretaris van justitie
Van belang is dat betrokkene zich tot de autoriteiten kan wenden bij voorkomende problemen met Tsjechische burgers. In dit verband wordt verwezen naar het ambtsbericht van het Ministerie 1van Buitenlandse Zaken van 23 april 1996. Uit dit ambtsbericht blijkt dat Roma op gelijke behandeling kunnen rekenen wanneer zij ter bescherming tegen geweld beroep doen op de politie. Hun rechtsgang is gelijk aan die van overige burgers.”
Tekst 16
Jirzi Slepcic ging in beroep tegen deze beschikking met behulp van advocaat Benders.
Tekst 17
Josefien Verspaget, voorzitter van de expertgroep ‘Roma-gipsy’s’ van de Raad van Europa, vindt ook dat de asielaanvragen van de Roma heel serieus moeten worden genomen.
BREAK
U luistert naar radio 1, de VPRO, het programma Argos. Vandaag over de situatie van Roma-zigeuners uit Tsjechië, die in Nederland geen vluchtelingenstatus krijgen.
Tekst 18.
Volgens advocaat Benders worden de asielverzoeken van de Roma consequent afgewezen, omdat Justitie volledig afgaat op ambtsbericht uit 1996. En daarin wordt Tsjechië bestempeld als een ‘veilig land’. Een woordvoerder van het ministerie van Justitie zegt daarover tegenover ons dat dat niet betekent dat elk asielverzoek uit Tsjechië daarmee automatisch ongegrond zou zijn. Maar het ministerie bevestigt tegelijkertijd ook, dat nog geen enkele Roma uit Tsjechië de vluchtelingenstatus heeft gekregen.
Verder krijgen we te horen dat er een nieuw ambtsbericht in de maak is. Of het afwijkt van het vorige ambtsbericht wil het ministerie niet zeggen. Wel dat er gebruik gemaakt wordt van een groot aantal rapporten over de situatie in Tsjechië. Met name een rapport van de UNHCR, de Vluchtelingenorganisatie van de Verenigde Naties. Juist dat rapport is erg kritisch over de rechtsbescherming die de Tsjechische politie aan de Roma biedt. “De vluchtelingenstatus voor Roma moet goed worden afgewogen, als die bescherming aantoonbaar ontbreekt”, aldus het UNHCR-rapport. Dat nieuwe ambtsbericht wordt in eerste instantie samengesteld door het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hoe zal in dat ambtsbericht de rol van de overheid bij de vervolging van de Roma beoordeeld worden? Het ministerie wil daar niets over zeggen. We bellen met de heer Wychers op de Nederlandse ambassade in Praag. De informatie voor het ambtsbericht komt namelijk voor een deel van de ambassade. U hoort een letterlijke weergave van een deel van dat gesprek.
Tekst 19
Aldus Max van der Stoel, Hoge Commissaris voor Nationale Minderheden, in een rede tijdens een internationale conferentie in 1994. Van der Stoel bevestigt dus dat de overheid in sommige gevallen zelf betrokken is bij de gewelddadigheden. Om diplomatieke redenen noemde hij Tsjechië niet bij naam, maar de kritiek had wel degelijk betrekking op Tsjechië, vertelt ons de adviseur van Van der Stoel, de heer Scheltema. Deze is oud-ambassadeur in Slowakije. Volgens Scheltema is de situatie nu, vijf jaar na de rede van Van der Stoel, nauwelijks beter.
Tekst 21
We moeten een onderscheid maken tussen de bedoelingen van de Tsjechische regering en de feitelijke praktijken van de plaatselijke overheid, aldus Scheltema. Hoe ver de plaatselijke overheid soms gaat vertelt ons Josefien Verspaget, de voorzitter van de speciale Roma-commissie van de Raad van Europa. Verspaget geeft het voorbeeld van Ustinad Labem, een stadje in Noord-Tsjechië. Daar heeft het gemeentebestuur het plan opgevat een muur te bouwen om de verloederde wijk waar de Roma wonen.
Tekst 22
Afgelopen woensdag werd de Tsjechische regering in Genève op het matje geroepen bij de commissie ter bestrijding van racisme en discriminatie van de Verenigde Naties. Onder druk van die commissie heeft de Tsjechische regering beloofd dat de muur voorlopig niet gebouwd zal worden. Maar de situatie is zo precair dat de regering niet in staat is dat besluit nu terug te draaien. De VN-commissie heeft eergisteren van de Tsjechische regering geëist dat ze dat besluit toch moet vernietigen.
Ook vanuit de Europese Unie staat Tsjechië onder druk. Het land zit midden in de onderhandelingen met Europees Commissaris Van den Broek over toetreding tot de EU. En in die onderhandelingen spelen de problemen van de Roma in Tsjechië zeker een rol, vertelt de woordvoerder van Van den Broek, Wegter:
Tekst 23
Onderwijl leven de Roma in Tsjechië in angstige onzekerheid en kunnen ze in Nederland vooralsnog niet rekenen op asiel. Advocaat Benders.