Argos
Tweede Maasvlakte ll
Argos over de lobby voor de Tweede Maasvlakte naar aanleiding van een uitgelekt onderzoek van het Centraal Planbureau dat de argumenten voor de aanleg van deze Tweede Maasvlakte in twijfel trekt. Volgens de gemeente Rotterdam en het Rotterdamse Havenbedrijf is er in het kader van het Global Competition Scenario meer ruimte nodig voor de groei van de Rotterdamse haven, terwijl het CPB-rapport stelt dat de berekeningen van de gemeente gebaseerd zijn op een te optimistische verwachting van de economische groei en onvoldoende rekenschap geven van de te verwachten technologische en logistieke vooruitgang. In de uitzending wordt met name ingegaan op de hoeveelheid onbenutte grond, bijna een kwart van de totale oppervlakte, op de bestaande Maasvlakte. Met de toewijzing van deze grond zou slordig omgesprongen zijn. Bovendien is een gedeelte van de grond vervuild, en ondernemen de bedrijven weinig om de grond te saneren en chanteren zo de gemeente. Ook wordt ingegaan op twee omstreden rapporten, over de Betuwelijn en de Tweede Maasvlakte, van E. Bomhoff, directeur van onderzoeksbureau NYFER van Universiteit Nijenrode.
Het programma is een vervolg op de uitzending van 'Argos' van 24-10-1997 en bestaat voor een deel uit een herhaling van die uitzending, aangevuld met vraaggesprekken met:
- Gerard Peet, PvdA-gemeenteraadslid Rotterdam (telefonisch);
- IJsbrand van Hengel (?), voorzitter van de ondernemingsraad van opslagbedrijf Paktank;
- J.C. Kombrink, wethouder Ruimtelijke Ordening (PvdA) in Rotterdam;
- Michiel Roscam Abbing, onderzoeker aan de TU Delft;
- A.A.J. Pols, professor planning aan de TU Delft.
Bevat tevens een reportage vanuit een helikopter boven de Tweede Maasvlakte, waarin de verslaggever het uitzicht op de Maasvlakte beschrijft.
------------
Inleidende teksten:
Tekst 1
Een drol die uit de Waterweg wordt geperst, zo omschrijft Arno Steekelenburg van de Zuid-Hollandse milieufederatie de huidige Maasvlakte. Dat is een groot stuk ingepolderde Noordzee dat dienst doet als industrieterrein. Als het aan Rotterdam ligt wordt er binnenkort een nieuw industriegebied aan vast gemaakt, de Tweede Maasvlakte. Het Rotterdamse havenbedrijf roept al jaren dat de nood hoog is en dat, zoals oud- burgemeester Peper het uitdrukte, Nederland distributieland zonder tweede Maasvlakte verandert in Nederland Museumland. Maar deze week lekte er een rapport uit van het Centraal Planbureau, dat van de gespierde Rotterdamse taal geen spaan heel laat. Daarmee staat de Tweede Maasvlakte opnieuw ter discussie.
In de politieke discussie van de laatste maanden neemt Schiphol een prominente plaats in. Deze ‘mainport’ lijkt kost wat kost te moeten groeien. En zo nodig wordt er dan gesjoemeld met cijfers en feiten. Maar gaat het er bij die andere Nederlandse mainport, de Rotterdamse haven, zo veel anders aan toe? Zowel de tweede Maasvlakte als de Betuwelijn moeten er vanwege die Rotterdamse haven komen.
In Argos vandaag een verhaal over een lobby die luidkeels haar stem laat horen, als dat zo uitkomt, maar die kritische vragen liever uit de weg gaat. Een verhaal over gesjoemel met cijfers en over bedrijven die de overheid chanteren.
citaat CPB-rapport
Naar het oordeel van het Centraal Planbureau is de oorzaak van de lagere ruimtelijke efficiëntie die in de studie van het gemeentelijke Havenbedrijf Rotterdam wordt gehanteerd het gevolg van het niet of nauwelijks rekening houden met technologische en logistieke vooruitgang in de tijd.
Tekst 2
Mainport Rotterdam wil vooruit in de vaart der volkeren, maar veronderstelt voor het gemak dat de technologische vooruitgang aan haar eigen haven voorbij gaat. Dat zegt het Centraal Planbureau met zoveel woorden in zijn rapport dat deze week uitlekte. Het rapport onderzoekt de vooronderstellingen die de basis vormen van de Rotterdamse hartenkreet dat er snel een Tweede Maasvlakte moet komen. Rotterdam heeft daarbij even vergeten dat containers in de toekomst veel efficiënter gestapeld kunnen worden. Maar Rotterdam rekent zich ook nog op een andere manier rijk: een van de uitgangspunten van Rotterdam is dat de economische groei maximaal zal zijn. Daardoor zullen er in de toekomst twee keer zoveel bedrijfsterreinen nodig zijn dan in de afgelopen acht jaar. Het Centraal Planbureau gelooft daar niks van.
citaat CPB-rapport
“Het ligt in de rede dat het uitgiftetempo in het Global Competition-scenario hoger zal liggen dan in de genoemde periode, maar de verdubbeling die het Gemeentelijk Havenbedrijf voorziet is wel buitengewoon fors te noemen. In deze notitie wordt geconcludeerd dat de door het Havenbedrijf voorziene uitgiftegroei weliswaar niet kan worden uitgesloten, maar dat de waarschijnlijkheid van deze uitkomst zeer gering is. ”
Tekst 3
De slotconclusie van het Planbureau gaat dan ook lijnrecht in tegen de Rotterdamse prognoses.
citaat CPB-rapport
“Het Global Competition-scenario is een weinig solide vertrekpunt voor te verwachten ruimtelijke knelpunten.”
Tekst 4
Het uitgelekte onderzoek van het Centraal Planbureau was deze week volop in het nieuws. Maar er is meer aan de hand rond het ruimtegebrek dat Rotterdam zegt te hebben, en de noodzaak van een Tweede Maasvlakte. Argos meldde een jaar geleden al, dat er helemaal geen ruimtetekort is in de Rotterdamse haven. Luistert u naar een gedeelte van onze uitzending van 24 oktober vorig jaar.
Tekst 5
Arno Stekelenburg van de Zuid-Hollandse Milieufederatie op de Eerste Maasvlakte in Argos van oktober vorig jaar. De discussie over de inschattingen hoe de haven zal groeien, heeft deze week dus een nieuwe dimensie gekregen met het uitlekken van het rapport van het Centraal Planbureau. Er is veel minder grond nodig dan Rotterdam denkt, althans volgens het Planbureau. We zijn benieuwd naar de reactie van het Rotterdamse havenbedrijf. Maar de woordvoerder laat weten dat het havenbedrijf niet wil reageren op een rapport dat nog niet openbaar is. “Probeert u het maar eens bij het Projectbureau Mainportontwikkeling Rotterdam”, suggereert hij. Maar ook daar krijgen we geen reactie. En ook de Rotterdamse havenwethouder Simons wil niet reageren op een uitgelekt rapport.
Behalve de vernietigende conclusies van het Centraal Planbureau is er nog een reden waardoor die Tweede Maasvlakte wel eens goeddeels overbodig kan zijn. Op de eerste Maasvlakte houden bedrijven honderden hectares bedrijfsterrein bezet, niet omdat ze die terreinen nodig hebben, maar omdat die terreinen vervuild zijn. Dat vertelde de heer Schut in oktober vorig jaar in Argos. Schut is oud-topman bij Shell. Hij weet als geen ander welke afweging bedrijven maken die op vervuilde grond zitten.
Tekst 6
Oud Shell-topman Schut. Contract is contract, daar doen ze in het bedrijfsleven niet zo moeilijk over. Het subsidiëren van bedrijfsterreinen zoals de tweede Maasvlakte maakt het bedrijfsleven lui, vindt Schut.
Tekst 7
SP-Tweede Kamerlid Remi Poppe in de regen op de eerste Maasvlakte.
Dat er veel terreinen vervuild zijn op de Maasvlakte wordt door niemand betwist. Maar om hoeveel hectare het precies gaat, en hoe ernstig de vervuiling is, dat is niet bekend. Gerard Peet, gemeenteraadslid voor de PvdA in Rotterdam, probeert al jaren achter de precieze cijfers te komen, maar heeft nog steeds niet alles boven water gekregen. Wel heeft Peet inmiddels een sterk vermoeden waarom de bedrijven de vervuilde grond niet saneren. Daarvoor zijn volgens hem twee redenen. De eerste is dat ze wachten op nieuwe technologische ontwikkelingen waardoor het makkelijker of goedkoper is om te saneren. Maar volgens Peet is er ook nog iets anders aan de hand.
Tekst 8
Verslaggever Guido Spring in november vorig jaar. Vijftien Tweede Kamerleden en de Rotterdamse wethouder Kombrink konden toen met eigen ogen zien dat ongeveer een kwart van de terreinen van de eerste Maasvlakte niet of nauwelijks in gebruik zijn. Kombrink was daarvan niet onder de indruk
Tekst 9
Het rapport van het Centraal Planbureau dat deze week bekend werd, doorkruist de Rotterdamse lobby voor de tweede Maasvlakte. Dezelfde lobby ijvert ook voor een ander groot project, dat eveneens omstreden is, de Betuwelijn. Maasvlakte en Betuwelijn zijn immers allebei nodig voor Rotterdam als ‘mainport’ van Europa. Het uitlekken van het CPB-rapport is voor Rotterdam vooral zo vervelend omdat het havenbedrijf zich zelf graag beroept op wetenschappelijke rapporten om haar gelijk te onderstrepen. In die wetenschappelijke lobby voor de Betuwelijn en voor de Maasvlakte valt een onderzoeksinstituut speciaal op: Het Nyfer, het economisch onderzoeksinstituut van de particuliere universiteit Nijenrode. Nyfer is opgericht door de econoom Bomhoff.
Onderzoeker Roscam Abbing van de Technische Universiteit Delft, heeft de besluitvorming rond de Betuwelijn uitvoerig onderzocht. In de lawine van onderzoeken die inmiddels gepubliceerd zijn over de Betuwelijn, springt het onderzoek van Bomhoff er wel heel erg uit, zo vertelt Roscam Abbing.
Tekst 10
Onderzoeker Roscam Abbing. Inhoudelijk is er van alles op het onderzoek aan te merken maar in een opzicht was het volgens Roscam Abbing een uitstekend rapport
Tekst 11
Twee maanden geleden liet het Nyfer van Bomhoff opnieuw van zich horen. In september verscheen het rapport ‘De gouden randen van Rotterdam’. Het werd gepresenteerd op een congres van het Rotterdams havenbedrijf. Ook deze keer had de econoom Bomhoff goed nieuws voor de Rotterdamse mainport. De Tweede Maasvlakte, die volgens het rapport natuurlijk bitter hard nodig is, hoeft helemaal niet gesubsidieerd te worden; nee, die betaalt zichzelf. Via een ingenieus plan van Bomhoff en zijn onderzoekers kan een groot deel van het benodigde geld terugverdiend worden. Arno Steekelenburg van de Zuid Hollandse milieufederatie is niet onder de indruk.
Tekst 12
Natuurlijk hebben we Bomhoff en zijn collega’s om een reactie gevraagd. Bomhoff zelf zit in Japan. De heer Marlet staat ons in eerste instantie te woord. “Vanavond tussen zes en half zeven kunt u mij interviewen maar ik wil wel even vooraf weten wat u gaat vragen.” Dat vertellen we dan. Daarna volgt intern overleg. Een half uur later blijken de heer Marlet en de heer van de Geest van het Nyfer, die we ook te spreken krijgen, plotseling de hele dag en avond te moeten doorwerken aan een onderzoek. “Dus kunnen we u helaas niet te woord staan.”
Wie er wel iets wil zeggen over de rapporten van Nyfer, is professor Pols. Hij is hoogleraar planning aan de Technische Universiteit van Delft. Hij begint met het Nyfer-rapport over de Betuwelijn.
Tekst 13
Professor Pols van de universiteit Delft. Ook het recente Nyfer-rapport over de Tweede Maasvlakte kan in zijn ogen niet door de beugel