Op 23 september 1999 wordt het levenloze lichaam van de vermogende weduwe Jacqueline Wittenberg aangetroffen in haar woning te Deventer. Ze is met messteken om het leven gebracht. Haar overleden man, vereeuwigd op het schilderij dat aan de schouw hangt, is de enige stille getuige.
De politie weet aanvankelijk niet waar ze moet zoeken. Is het familie? Een gezworen vijand? In de woning zijn geen sporen van een worsteling gevonden en er ontbreken ook geen spullen. Ze denken daarom dat de moordenaar een bekende van de weduwe moet zijn. Na twee maanden intensief rechercheonderzoek wordt uiteindelijk een verdachte aangehouden, ene Ernest Louwes. Hij is de fiscaal jurist van de weduwe en zijn alibi voor de dag van de moord is niet waterdicht. Er lijkt bovendien een financieel motief. Het lijkt op dat moment nog in alle opzichten op een doorsnee moordzaak.