Sinds minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), Edith Schippers in 2012 de financiering voor zorgtolken schrapte zijn er schrijnende problemen in de spreekkamers ontstaan voor mensen die geen Nederlands spreken. Ouders moeten noodgedwongen hun jonge kinderen inzetten om te vertalen bij intieme en emotionele gesprekken. De kwaliteit en toegankelijkheid van de zorg staat hierdoor onder druk, vertelde bezorgde zorgverleners aan Argos eerder dit jaar.
Vooral in de geboortezorg worden de vertaalproblemen als zeer nijpend ervaren, bleek vorig jaar uit een enquête die Argos hield onder 150 verloskundigen. Verloskundigenpraktijken zijn financieel vaak niet in staat om de kosten voor vertalingen voor eigen rekening nemen. Het gevolg is dat complicaties of een verhoogd risico daarop, onbesproken blijven bij vrouwen die de Nederlandse taal niet machtig zijn.
De toen nog verantwoordelijke minister Tamara Van Ark (VVD) beloofde mede naar aanleiding van Kamervragen hierover van Tweede Kamerlid Carla Dik-Faber (CU) naar een ‘zorgbrede oplossing’ te willen kijken. In november van dit jaar voerde de Kamer de druk op de minister verder op, met een kamerbreed aangenomen motie waarin het kabinet wordt opgeroepen verschillende financieringswijzen van tolken in de gezondheidszorg te onderzoeken: via de zorgverzekeraars of direct gefinancierd vanuit het ministerie.
Het ministerie laat weten ‘in de loop van 2022’ met eerste resultaten te komen. Maar de problemen in de geboortezorg zijn dermate ernstig dat voor deze sector al eerder een oplossing moet komen, aldus VWS in reactie op vragen van Argos.
Over de precieze invulling moet minister De Jonge nog een besluit te nemen, maar uit de beantwoording blijkt dat het ministerie dezelfde route overweegt die eerder dit jaar is ingezet voor de geestelijke gezondheidszorg. Psychologen en andere medewerkers van de GGZ kunnen met ingang van januari 2022 een tolkenconsult declareren bij de zorgverzekeraar.